Hof van Cassatie 25 juni 2004
http://jure.juridat.just.fgov.be/view_d ... 42&lang=NL
Overwegende dat luidens artikel 1315, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek, degene die de uitvoering van een verbintenis vordert het bestaan daarvan moet bewijzen ;
Overwegende dat, wegens de onderlinge afhankelijkheid van de wederkerige verbintenissen van de partijen bij een wederkerige overeenkomst, de partij bij zo'n overeenkomst die de uitvoering vordert van de op de tegenpartij rustende verbintenissen nadat zij haar eigen verbintenissen heeft uitgevoerd, moet bewijzen dat zij die verbintenissen heeft uitgevoerd, of aangeboden heeft ze uit te voeren ;
Als men deze rechtspraak toepast moet de aannemer, die betaling vordert omdat hij werken heeft uitgevoerd, bewijzen dat hij zijn verbintenis heeft uitgevoerd.