Beste
Er is een opengevallen nalatenschap.
Stiefmoeder en 2 kinderen zijn erfgerechtigd.
De 2 kinderen verwerpen onmiddellijk. De kinderen hebben in de periode van 3 jaar voor het overlijden de volledige inboedel verhuist. De gezinswoning werd verkocht en het koppel verhuisde naar een bemeubeld appartement van de echtgenote (eigen aan echtgenote).
Echtgenote, gehuwd met zuivere scheiding van goederen en totaal niet op de hoogte van het financiële aspect van overleden echtgenoot houdt haar optiekeuze nalatenschap nog in beraad.
Ondertussen is er een schuldvordering van een bankinstelling tov de overledene. Schuld werd door echtgenoot aangegaan vóór het huwelijk en echtgenote was hier niet van op de hoogte.
Gezien de echtgenote nog geen beslissing nam inzake de optiekeuze en de kinderen reeds hebben verworpen wordt zij gedagvaard door de bankinstelling.
Zij zal een standpunt moeten innemen aangaande de optiekeuze. Indien zij aanvaardt onder boedelbeschrijving riskeert zij de successie te moeten betalen op de schenking inboedel (polis inboedel : 600.000 €) -> fictiebepaling. Niettegenstaande heeft zij een schrijven van de kinderen waarin zij verklaren dat ze de inboedel hebben verhuisd.
Fictiebepalingen: indien een erfgerechtigde verwerpt maar tijdens de periode van 3 jaar voor het overlijden een schenking heeft ontvangen en dit kan worden aangetoond, moeten zij dan de successie hierop betalen of blijft het de erfgerechtigde die de nalatenschap heeft aanvaardt onder boedelbeschrijving?