Ik weet niet of deze vraag thuishoort op het juridisch forum, het gaat over bepalingen in de herziening van mijn hypothecaire lening waar ik me vragen bij stel en waardoor ik niet geneigd ben te tekenen.
Ik lees het volgende:
Artikel 21. Aangehechte contracten
De Kredietnemer dient de in waarborg gegeven goederen voor hun heropbouwwaarde te laten verzekeren tegen de risico’s van beschadiging (brand, bliksem, ontploffing of om het even welk ander soortgelijk risico).
De Kredietnemer dient ook het overlijdensrisico te verzekeren teneinde de terugbetaling van het krediet te waarborgen. De modaliteiten voor het onderschrijven van een schuldsaldoverzekering ter indekking van het overlijdensrisico worden bepaald in de Bijzondere Voorwaarden.
De begunstigde van dit/deze contract(en) zal de Bank zijn.
Deze laatste zin, dit betekent toch dat mocht ik overlijden de bank vergoed wordt door de verzekering voor de resterende schuld en niet mijn partner/familie? Dus mijn familie blijft dan achter met een af te lossen schuld en de bank ontvangt 2 keer? Of hoe moet ik dit interpreteren?
Normaal is je partner/familie de begunstigde dus ik vind dit een zeer vreemde bepaling.