#3 , 20 mar 2013 16:09
We gaan uit van het wettelijk stelsel.
vb 1 :X heeft eigen geld en koopt daarmee tijdens het huwelijk een 2° woning.
De huurgelden zijn voor de gemeenschap (voor X en Y)
Echter, na 10 jaar gaan X en Y uit elkaar en is die woning meer waard, dan is die meerwaarde voor X:
indien één van de echtgenoten zijn eigen spaargelden of erfenisgelden
heeft aangewend voor de aankoop van de gezinswoning, hij niet enkel de nominale waarde van
deze gelden terugkrijgt, maar dat hij recht heeft op een gedeelte van de meerwaarde van het goed
op het moment van de ontbinding van het huwelijksvermogensstelsel.
Bijvoorbeeld:
Jan en Miet kopen een woning voor 150.000 EUR. Het aandeel van de eigen gelden van
Jan bedraagt 50.000 EUR (1/3de van de volledige aankoopwaarde). Na de
echtscheidingsprocedure wordt de woning verkocht voor 300.000 EUR. De waarde is
m.a.w. verdubbeld. Jan zal aanspraak maken op 1/3de van de meerwaarde of 100.000
EUR.
vb 2: X heeft geld geërfd na 2 jaar huwelijk en laat dit op de bank staan op een eigen rekening
na 10 jaar gaan X en Y uit elkaar.
Y heeft recht op 1/2 van de intresten van over die jaren
vb 3: X heeft geld geërd na 2 jaar huwelijk en koopt hiermee een van de producten die ik aangaf: schilderij, oldtimer, antiek,.... Deze brengen niets op zoals in vb 1 (huurgelden) of 2 (intresten), er is enkel meerwaarde door de tijd.
na 10 jaar gaan X en Y uit elkaar.
Y heeft in dit geval wsch nergens recht op of wordt de meerwaarde als gemeenschappelijke inkomst aanzien???? (gezien in het wettelijk stelsel inkomsten van eigen gelden gemeenschappelijk zijn)
vb 4: den bvba zoals hierboven beschreven
Hoe zit het daar mee???