Bij mijn weten is dit de procedure.
http://www.belgium.be/nl/huisvesting/hu ... iszetting/" onclick="window.open(this.href);return false;.
Deurwaarder met politie en stadsdiensten.
Ik lees nergens dat u dat zelf kunt.
Hoe gaat u nu nog wettelijk bewijzen dat er niets meer was er is geen vaststelling door een bevoegd persoon.
Wat u hebt gedaan is (eventjes zwart wit) diefstal met gebruik van valse sleutel.
Huisvredebreuk met valse sleutel.
Is er een inventaris opgesteld en bij contract gevoegd bij aanvang?
Hebt u ooit een inventaris van hem getekend?
Strafwetboek:
AFDELING I. - DIEFSTAL ZONDER GEWELD OF BEDREIGING.
Art. 463.Diefstallen, in dit hoofdstuk niet nader omschreven, worden gestraft met gevangenisstraf van een maand tot vijf jaar en met geldboete van zesentwintig [euro] tot vijfhonderd [euro]. <W 2000-06-26/42, art. 2, Inwerkingtreding : 01-01-2002>
(In het geval bedoeld bij artikel 461, tweede lid, bedraagt de gevangenisstraf echter niet meer dan drie jaren.) <W 25-06-1964, art. 2>
[1 Het minimum van de straf bedraagt drie maanden gevangenisstraf en vijftig euro geldboete wanneer de diefstal werd gepleegd ten nadele van een persoon van wie de bijzonder kwetsbare toestand ten gevolge van de leeftijd, zwangerschap, een ziekte dan wel een lichamelijk of geestelijk gebrek of onvolwaardigheid duidelijk was of de dader bekend was.]1
----------
(1)<W 2011-11-26/19, art. 38, 084; Inwerkingtreding : 02-02-2012>
Art. 464. De gevangenisstraf is ten minste drie maanden, indien de dief een dienstbode of een loondienaar is, zelfs wanneer hij de diefstal gepleegd heeft ten nadele van andere personen dan die welke hij diende, maar die zich bevonden hetzij in het huis van de meester, hetzij in het huis waar hij hem vergezelde, of indien de dief een werkman, gezel of leerling is, die de diefstal heeft gepleegd in het huis, het werkhuis of het magazijn van zijn meester, of ook indien de dief een persoon is die gewoonlijk arbeid verricht in de woning waar hij gestolen heeft.
Art. 465. In de gevallen van de vorige artikelen kunnen de schuldigen bovendien worden veroordeeld tot ontzetting van rechten overeenkomstig artikel 33 (...). <W 09-04-1930, art. 32>
Art. 466. Poging tot een van de diefstallen, in de vorige artikelen vermeld, wordt gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot drie jaar en met geldboete van zesentwintig [euro] tot driehonderd [euro]. <W 2000-06-26/42, art. 2, Inwerkingtreding : 01-01-2002>
Art. 467. (Zie NOTA 1 onder TITEL)
Diefstal wordt gestraft met (opsluiting van vijf jaar tot tien jaar) : <W 2003-01-23/42, art. 75, 041; Inwerkingtreding : 13-03-2003>
Indien hij gepleegd wordt door middel van braak, inklimming of valse sleutels;
Indien hij gepleegd wordt door een openbaar ambtenaar door middel van zijn ambtsbediening;
Indien de schuldigen of een van hen de titel of de kentekens van een openbaar ambtenaar aannemen of een vals bevel van het openbaar gezag inroepen.