Om lange verhalen kort te maken:
- Spreek uw kennis aan over de informatie die u ontvangen heeft over de expert in kwestie. Indien blijkt dat deze informatie volledig foutief is overhandigt u de ontvangen mail aan uw expert zodat deze vrij kan beslissen wat aan te vangen met deze laster.
- Wat betreft art 1730 BW.: Deze heeft geen enkel verband met uw probleem; ze handelt immers enkel en alleen over de te volgen werkwijze voor de INTREDENDE plaatsbeschrijving. Nergens in de wetgeving wordt een uittredende plaatsbeschrijving, laat staan de hierbij te hanteren werkwijze, aangekaart.
Art 1731 BW:
Art. 1731. <W 29-12-1983, art. 5> § 1. Indien geen omstandige plaatsbeschrijving is opgemaakt, wordt vermoed dat de huurder het gehuurde goed ontvangen heeft in dezelfde staat als waarin het zich bevindt op het einde van de huurovereenkomst, behoudens tegenbewijs, dat door alle middelen kan worden geleverd.
§ 2. Indien tussen verhuurder en huurder een omstandige plaatsbeschrijving is opgemaakt, moet de huurder het goed teruggeven zoals hij het, volgens die beschrijving, ontvangen heeft, met uitzondering van hetgeen door ouderdom of overmacht is teniet gegaan of beschadigd.
Dit artikel bepaalt wat op het einde van een huurcontract mogelijk is bij het ontbreken van een intredende plaatsbeschrijving en wat de plicht is van de huurder indien er wel een dergelijke plaatsbeschrijving is. Zij legt geen werkwijze op waarop dit resultaat dient bereikt te worden.
Als u in het huurcontract een clausule staan hebt die de afhandeling van de plaatsbeschrijving regelt dan is dit een contractuele rechtsgeldige afspraak.
Als de verhuurder terugkomt op zijn schriftelijke beslissing dat u een andere expert mag raadplegen is het aangeraden dat u effectief de vrederechter verzoekt een onpartijdige expert voor gemeenschappelijke rekening aan te stellen.