#9 , 22 mei 2009 12:28
“Art.206.Schoonzonen en schoondochters zijn eveneens en in dezelfde omstandigheden levensonderhoud verschuldigd aan hun schoonouders, doch deze verplichting houdt op :1° wanneer de schoonvader of de schoonmoeder een tweede huwelijk aangaat; 2° wanneer degene van de echtgenoten die de aanverwantschap heeft doen ontstaan en de kinderen uit zijn huwelijk met de andere echtgenoot geboren, overleden zijn.”(Burgerlijk Wetboek).
Hieruit volgt dat scheiding van tafel en bed van schoonzoon/-dochter deze verplichting NIET doet ophouden.
Ook tussen echtgenoten doet scheiding van tafel en bed de hulpverplichting NIET ophouden.
“Art.308.Na uitspraak van de scheiding van tafel en bed blijft de plicht van hulp* bestaan”(Burgerlijk Wetboek).
“Art.213.Echtgenoten zijn jegens elkaar tot samenwoning verplicht; zij zijn elkaar getrouwheid, hulp* en bijstand verschuldigd.”(B.W.).
‘De verplichting tot hulp tussen de echtgenoten,ex art.213,221,is verschillend van de bij art.205 voorziene verplichting tot levensonderhoud. Zij kan o.m. ook bestaan wanneer de echtgenoot,die de nakoming van die verplichting vordert,niet behoeftig is‘(Cass. 18 oktober 1963,Pas. 1964,I,179,R.W. 1963-64,1862;Cass. 5 december 1969,Pas. 1969,I,314,Arr.Cass. 1970,336;Cass. 2 juni 1978,Pas. 1978,I,1138,Arr.Cass. 1978,1170).
Ga naar Belgische wetgeving in JUSTEL-databanken van Belgisch Staatsblad. Klik voor WetBOEKEN achter ’Juridische aard’. Op afkondigingsdatum vindt u de overige akten. Inzake FEDERALE fiscale wetgeving zie http://www.fisconetplus.be/