vraagje over bepaling fictieve massa

[booker002]

situatie :

langstlevende grootouder heeft één zoon en twee kleinkinderen van deze zoon en heeft twee appartementen van gelijke waarde
deze grootouder schenkt in 1990 één appartement aan zijn zoon (volle eigendom) en in 1995 één appartement blote eigendom aan één kleinkind buiten erfdeel waarin de grootouder zelf blijft wonen.
Geschonken Appartement aan de zoon wordt door de zoon verkocht in 1992.
grootouder maakt ten voordele van dit zelfde kleinkind ook een testament op dat alles naar dit kleinkind gaat.
In 2000 sterft zijn zoon.

Situatie nu : één kleinkind heeft één appartement in blote eigendom en een testament dat alles naar hem gaat.

vraag:
Mocht de grootouder sterven dan heeft het andere kleinkind (zonder testament en eigendom) vermoed ik een reservataire deel van 1/4 (plaatsvervanging van de vader) en zal de fictieve massa moeten bepaald worden.
Wordt bij de bepaling van de fictieve massa alleen rekening gehouden met de schenking aan de kleinzoon in 1995 of ook met de schenking aan de zoon in 1990?

[Poene]

Op je eerste vraag: ja. Beide kleinkinderen hebben elk een reservatair erfdeel van 1/4.

Op je tweede vraag: met beide schenkingen wordt rekening gehouden. De eerste was waarschijnlijk als voorschot op erfdeel gedaan. Deze moet ingebracht worden. Aangezien het goed vervreemd is, wordt er toepassing gemaakt van art. 930 BW. Inbreng in waarde dus. Daarnaast wordt ook de schenking van het appartement aan het kleinkind aangerekend, maar op het beschikbaar deel.

[booker002]

vraag : werd bij het overlijden van de zoon de verkregen schenking van zijn vader buiten erfdeel niet reeds verrekend in de nalatenschap naar zijn kinderen toe?

vraag: als de grootouder komt te overlijden en enkel één appartement overhoud en stel dat beide appartementen elk 100.000 euro waarde zijn, wat is dan de betekenis van buiten erfdeel en niet buiten erfdeel.

Stel dat er enkel onroerend goed is in de nalatenschap dan dacht ik dat één kleinkind 1/4 kreeg en het andere omwille van het testament 3/4.
Ik dacht dat er bij bepaling van de fictieve massa enkel rekening moest gehouden worden met het nog aanwezige appartement omdat het andere reeds verrekend zou zijn bij het overlijden van de zoon.

Kan je dit eens met een cijfervoorbeeld toelichten met de 100.000 euro per appartement wat het deel is van elk kleinkind

alvast bedankt

[asperger]

De erfenis die is opengevallen bij het overlijden van de zoon staat volledig los van de erfenis die openvalt bij het overlijden van de grootvader.

[booker002]

Dat begrijp ik , maar normaliter als de grootvader voor de zoon overlijd dan zou bij het overlijden van de grootvader het bevoordeelde kleinkind mits zijn testament het geschonken appartement kunnen houden aangezien de enige zoon daarvoor ook al een appartement geschonken heeft gekregen. (ieder 1/2)
Nu omdat de zoon eerder sterft kan het bevoordeelde kleinkind het appartement niet houden omdat hij het reservataire gedeelte van 1/4 moet teruggeven aan het andere kleinkind, of zie ik dat verkeerd?

[booker002]

of is het zo dat de fictieve massa de som van de schenkingen is zijnde 100.000 euro en 100.000 euro, zijnde 200.000 euro.
Eén kleinkind zijn reservatair gedeelte is 1/4 dus 200.000 euro /4 =50.000 euro en het andere via het testament 3/4 is 200.000 euro x3/4= 150.000 euro

aangezien het laatste kleinkind al een schenking heeft gekregen is dit 150.000 euro - de schenking 100.000 euro =zijn reservatir gedeelte ook 50.000 euro en kan hij het appartement houden en dient hij niets te betalen???????????