#2 , 28 sep 2016 21:28
Moeder heeft dus 5/8ste blote eigendom (BE) en 8/8ste vruchtgebruik.
Broer en zus hebben elk 1/8ste BE.
Jijzelf hebt 1/8ste BE.
De BE die je zou verkrijgen is juridisch géén verkoop maar een afstand (tegen een oplegsom). Gevolg: 2,5 procent registratierechten verschuldigd op de waarde van 100% van de blote eigendom.
Het vruchtgebruik moet je dan wél kopen van je moeder. Registratierechten hierop zijn 10 procent. Tof is hierbij wel dat je klein beschrijf kan genieten als je aan de grondvoorwaarden voldoet: 5%. Ook al koop je enkel VG, klein beschrijf kan toch omdat je reeds de BE hebt.
Als je wacht tot moeder overlijdt waardeer je de woning op ogenblik van haar overlijden, en neem je, in de veronderstelling dat de nalatenschap van je moeder gelijk verdeeld wordt over de drie kinderen, 2/3de van de volle eigendom van de woning over van je broer en zus. Registratierechten: 2,5% op de volledige waarde (100% volle eigendom) van de woning.
Als dit het enige onroerend goed van je moeder is, te waarderen op 350.000 euro, en 5/8ste komt haar toe, dan heeft ze een onroerend vermogen van 218.750 euro bij haar overlijden. Erfbelasting wordt voor elk kind apart berekend: elk krijgt circa 73.000 euro. Op de eerste 50.000 euro is 3 procent erfbelasting verschuldigd, op de volgende 23.000 euro is 9% erfbelasting verschuldigd.
Als uw moeder haar blote eigendom afstaat en haar vruchtgebruik verkoopt kan zij eventueel het geld dat zij hiervoor ontvangt schenken aan u en uw broer en zus. Dat 9% tarief bij de erfbelasting loopt snel op, daarom kan het aangewezen zijn om nu reeds over te gaan tot overdracht van de woning aan u.