In het kader van mijn ontslag doet zich volgende situatie voor.
Bij schrijven van 8 maart 2017 stelde mijn werkgever een einde aan de arbeidsovereenkomst mits betekening van een opzeggingstermijn van 14 maanden en 3 weken. De opzeggingstermijn start op 13 maart.
Echter, vervolgens heb ik op 22 maart een dadingsovereenkomst ondertekend. Daarin worden de opzegginstermijn en de start van de opzegginstermijn zoals hierboven bevestigd. En komen we overeen dat ik van 13 maart tot 12 juni 2017 vrijgesteld wordt van prestaties en dat de arbeidsovereenkomst door de werkgever zal verbroken worden op 12 juni 2017. Vanaf 13 juni 2017 zal ik volgens die dading niet meer in dienst zijn van de werkgever. De werkgever zal uiterlijk in de loop van de maand volgend op de datum uit dienst een verbrekingsvergoeding betalen overeenstemmend met 14 maanden en 13 weken loon verminderd met het sinds 13 maart uitbetaalde loon.
Op 29 maart heb ik vervolgens een addendum bij de dadingsovereenkomst ondertekend. Hierin komen we overeen dat ik met ingang van 10 april 2017 tot en met 31 oktober 2017 een tijdelijke functie zal uitoefenen. We komen tevens overeen dat de opzeggingstermijn verlengd zal worden met de duurtijd van deze tijdelijke functie en dat het bedrag van de opzeggingsvergoeding niet zal verminderd worden met het loon voor de geleverde prestaties tijdens de periode van de tijdelijke functie. Als gevolg hiervan zal de arbeidsovereenkomst verbroken worden per 3 januari 2018 (in plaats van 12 juni 2017) conform de hoger vermelde voorwaarden.
Mijn vraag is nu: wat is volgens de letter van de wet, mijn effectieve datum van ontslag? Is dit 3 januari 2018? Of is dit 13 maart 2017? Of nog een andere datum? En gelinkt aan deze vraag: wat zal dan het jaar zijn dat volgens de letter van de wet gebruikt zal worden om de gemiddelde aanslagvoet te bepalen die van toepassing is op mijn verbrekingsvergoeding? Is dit 2016? Of is dit 2017? Wetende dat dit in principe de gemiddelde aanslagvoet van het laatste normale jaar is...
Alvast bedankt.
Mike