Beledigingen via smsen

Bono007
Topic Starter
Berichten: 1
Juridisch actief: Nee

Beledigingen via smsen

#1 , 02 jan 2018 20:28

Beste,

Mijn vriend en zijn ex vrouw zijn al 4 jaar gescheiden intussen. Ze hebben 2 gemeenschappelijke kinderen. Daardoor blijft contact tussen hun 2 noodzakelijk.
Echter beledigd ze mij steeds weer, na herhaaldelijke verwittigingen hiermee te stoppen. Ze zegt dat ik getrouwde mannen afpak, dat ik een mongool ben, dat ik een paard ben (omdat ik paarden bezit), ...
na 4 jaar heb ik hier echt genoeg van.
Het is via sms dat ze dit schrijft, telkens naar mijn vriend.
Kan ik hier iets aan doen?

Jureca
Juridisch actief: Ja
Regio: België

Een juridische oplossing. Voor elk probleem, voor iedereen!

Benieuwd naar jouw juridische opties? Jureca begeleidt jou aan de geschikte oplossing. Klik hier om jouw situatie te beschrijven en we nemen binnen de 24 uur met jou contact op voor persoonlijke begeleiding
eylis
Berichten: 8840

#2 , 02 jan 2018 22:34

Je vriend kan haar best via mail het volgende melden: "Gezien de herhaalde verzoeken die ik je stuurde te stoppen met beledigingen aan het adres van mijn partner, waarvan we de bewijzen bewaard hebben, laat ik je weten dat je best advies vraagt aan een objectief juridisch deskundige over de wetgeving met betrekking tot "belaging". Het herhalende karakter van deze pertinente beledigingen zouden bij klachtneerlegging immers uiteindelijk het voorwerp kunnen uitmaken van een strafrechtelijke vervolging. Informeer je bij een niet-betrokken deskundige of je hier misschien beter mee stopt.

Franciscus
Berichten: 38592

#3 , 02 jan 2018 22:38

Doe misschien best eerst wat @Eylis heeft geschreven anders

Met een schermafdruk van de sms jes naar politie gaan. ( u hebt ineens de artikels die van toepassing zijn)

Politie moeten de originele ook lezen dus gsm meenemen en de afzender gegevens noteren.
Mogelijk bellen ze ineens met die gsm naar haar en vragen of dat haar nummer is.


Strafrecht:
http://www.ejustice.just.fgov.be/cgi_lo ... e_name=wet

HOOFDSTUK IVbis. - (ingevoegd bij <W 1998-10-30/34, art. 2, Inwerkingtreding : 27-12-1998>) BELAGING.

Art. 442bis.(ingevoegd bij <W 1998-10-30/34, art. 2, Inwerkingtreding : 27-12-1998>) Hij die een persoon heeft belaagd terwijl hij wist of had moeten weten dat hij door zijn gedrag de rust van die bewuste persoon ernstig zou verstoren, wordt gestraft met gevangenisstraf van vijftien dagen tot twee jaar en met geldboete van vijftig [euro] tot driehonderd [euro] of met een van die straffen alleen.
[1 Ingeval de feiten bedoeld in het eerste lid worden gepleegd ten nadele van een persoon van wie de kwetsbare toestand ten gevolge van de leeftijd, zwangerschap, een ziekte dan wel een lichamelijk of geestelijk gebrek of onvolwaardigheid, duidelijk was of de dader bekend was, wordt de minimumstraf voorzien in het eerste lid verdubbeld.]1
[2 ...]2
----------
(1)<W 2011-11-26/19, art. 34, 084; Inwerkingtreding : 02-02-2012>
(2)<W 2016-03-25/07, art. 2, 116; Inwerkingtreding : 15-04-2016>

Art. 442ter.<W 2007-05-10/35, art. 37, 064; Inwerkingtreding : 09-06-2007> In de gevallen bepaald in artikel 442bis kan het minimum van de bij dit artikel bepaalde correctionele straffen worden verdubbeld, wanneer een van de drijfveren van het wanbedrijf bestaat in de haat tegen, het misprijzen van of de vijandigheid tegen een persoon wegens diens zogenaamd ras, zijn huidskleur, zijn afkomst, zijn nationale of etnische afstamming, zijn nationaliteit, zijn geslacht, zijn seksuele geaardheid, zijn burgerlijke staat, zijn geboorte, zijn leeftijd, zijn fortuin, zijn geloof of levensbeschouwing, zijn huidige of toekomstige gezondheidstoestand, een handicap, zijn taal, zijn politieke overtuiging, [1 zijn syndicale overtuiging,]1 een fysieke of genetische eigenschap of zijn sociale afkomst.


HOOFDSTUK V. - AANRANDING VAN DE EER OF DE GOEDE NAAM VAN PERSONEN.

Art. 443. Hij die in de hierna aangeduide gevallen aan een persoon kwaadwillig een bepaald feit ten laste legt, dat zijn eer kan krenken of hem aan de openbare verachting kan blootstellen, en waarvan het wettelijk bewijs niet wordt geleverd, is schuldig aan laster, wanneer de wet het bewijs van het ten laste gelegde feit toelaat, en aan eerroof, wanneer de wet dit bewijs niet toelaat.
(Wanneer het ten laste gelegde feit hierin bestaat dat gedurende vijandelijkheden is geheuld met de vijand, hetzij door hem te helpen door het verschaffen van soldaten, manschappen, geld, levensmiddelen, wapens, munitie of materialen, hetzij door hem het betreden van het grondgebied, het zich handhaven of het verblijven aldaar door enig middel mogelijk of gemakkelijk te maken, zonder daartoe gedwongen of gevorderd te zijn, is het bewijs daarvan altijd ontvankelijk en kan het door alle middelen geleverd worden.
Wordt een genoegzaam bewijs geleverd, dan geeft de tenlastelegging geen aanleiding tot enige strafvervolging.) <W 11-10-1919, enig art.>

Art. 444. De schuldige wordt gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot een jaar en met geldboete van zesentwintig [euro] tot tweehonderd [euro], wanneer de tenlasteleggingen geschieden : <W 2000-06-26/42, art. 2, Inwerkingtreding : 01-01-2002>
Hetzij in openbare bijeenkomsten of plaatsen;
Hetzij in tegenwoordigheid van verscheidene personen, in een plaats die niet openbaar is, maar toegankelijk voor een aantal personen die het recht hebben er te vergaderen of ze te bezoeken;
Hetzij om het even welke plaats, in tegenwoordigheid van de beledigde en voor getuigen;
Hetzij door geschriften, al dan niet gedrukt, door prenten of zinnebeelden, die aangeplakt, verspreid of verkocht, te koop geboden of openlijk tentoongesteld worden;
Hetzij ten slotte door geschriften, die niet openbaar gemaakt, maar aan verscheidene personen toegestuurd of meegedeeld worden.

Art. 445. Met gevangenisstraf van vijftien dagen tot zes maanden en met geldboete van vijftig [euro] tot duizend [euro] wordt gestraft : <W 2000-06-26/42, art. 2, Inwerkingtreding : 01-01-2002>
Hij die schriftelijk bij de overheid een lasterlijke aangifte indient;
Hij die schriftelijk aan een persoon lasterlijke aantijgingen tegen zijn ondergeschikte toestuurt.

Art. 446. Laster en eerroof jegens een gesteld lichaam worden op dezelfde wijze gestraft als laster en eerroof jegens individuele personen.

Art. 447. Hij die van laster beticht wordt wegens tenlasteleggingen, gericht, hetzij tegen dragers of agenten van het gezag of tegen enig persoon met een openbare hoedanigheid bekleed, hetzij tegen enig gesteld lichaam, naar aanleiding van feiten in verband met hun bediening, wordt toegelaten om door alle gewone middelen het bewijs van de ten laste gelegde feiten te leveren, behoudens het tegenbewijs door dezelfde middelen.
Indien het een feit betreft dat tot het private leven behoort, mag de dader van de tenlastelegging geen ander bewijs tot zijn verdediging aanvoeren dan het bewijs dat volgt uit een vonnis of uit enige andere authentieke akte.
Indien het ten laste gelegde feit het voorwerp is van een strafvervolging of een aangifte waarover nog geen uitspraak is gedaan, wordt de vordering wegens laster geschorst tot het definitief vonnis of tot de eindbeslissing van de bevoegde overheid.
(Zo de strafvordering of de tuchtvordering met betrekking tot het ten laste gelegde feit vervallen is, wordt het betrokken dossier bij het dossier van het geding wegens laster gevoegd en wordt de vordering wegens laster hervat.
In geval van een beslissing van seponering of buitenvervolgingstelling betreffende de vordering met betrekking tot het ten laste gelegde feit, wordt de vordering wegens laster hervat, onverminderd een schorsing van deze vordering wanneer het onderzoek met betrekking tot het ten laste gelegde feit een nieuwe gerechtelijke ontwikkeling kent.) <W 2001-07-04/55, art. 2, 032; Inwerkingtreding : 20-08-2001>

Art. 448. Hij die hetzij door daden, hetzij door geschriften, prenten of zinnebeelden iemand beledigt in een van de omstandigheden in artikel 444 bepaald, wordt gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot twee maanden en met geldboete van zesentwintig [euro] tot vijfhonderd [euro] of met een van die straffen alleen. <W 2000-06-26/42, art. 2, Inwerkingtreding : 01-01-2002>
(Met dezelfde straffen wordt gestraft hij die, in een van de omstandigheden in artikel 444 bepaald, iemand die drager is van het openbaar gezag of van de openbare macht of die met een openbare hoedanigheid is bekleed, door woorden beledigt in zijn hoedanigheid of wegens zijn bediening.) <W 27-07-1934, art. 3>

Art. 449. Indien er op het ogenblik van het misdrijf een wettelijk bewijs van de ten laste gelegde feiten bestaat en het blijkt dat de beklaagde de tenlastelegging heeft gedaan zonder enige reden van openbaar of van privaat belang en enkel met het oogmerk om te schaden, wordt hij, als schuldig aan kwaadwillige ruchtbaarmaking, gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot twee maanden en met geldboete van zesentwintig [euro] tot vierhonderd [euro] of met een van die straffen alleen. <W 2000-06-26/42, art. 2, Inwerkingtreding : 01-01-2002>

Reclame

Gebruiker21
Berichten: 10787
Juridisch actief: Nee

#4 , 03 jan 2018 12:01

Misschien helpt het ook als uw vriend gewoon niet reageert op een SMS waar een belediging in straat, en enkel reageert op mails die op een normale toon geschreven worden. Hij kan dit éénmalige laten weten aan zijn ex. Iets in de zin van "[Naam Ex], ik ben de beledigingen naar mijn partner toe, in uw SMS-en meer dan beu. Voortaan reageer ik niet meer op SMS-en waar een belediging in staat. Ik reageer enkel nog op normaal SMS-verkeer. Met vriendelijke groeten..." Daarna ook effectief totaal niet meer reageren op beledigende SMS-en, uiteraard.

Kans bestaat dat ze dan inziet dat het verloren energie is om beledigende mails te sturen en ze hiermee stopt. Indien niet, kan je nog altijd bovenstaand advies volgen.
Het is niet "me auto" of "me geld", maar "mijn / m'n auto" of "mijn / m'n geld"!
Hou er rekening mee dat je werkgever geen reden hoeft op te geven om je te kunnen ontslaan!

Terug naar “Misdrijven tegen personen of goederen”