Pagina 1 van 1

levensverzekering vader

Geplaatst: 25 feb 2014 14:12
door Maaikekat
Beste,

Mijn vader heeft 2 dochters uit vorige huwelijken en is getrouwd met derde vrouw met scheiding van goederen en langstlevend keuzebeding.
Nu komt er ineens na een jaar tevoorschijn bij het actief dat zijn derde vrouw een levensverzekering is uitgekeerd die op naam stond van mijn vader en waarvan zij de begunstigde is.
Daarbij zegt zij: het intekenbedrag op deze verzekeringsrekening komt volgens verklaring van mevrouw Daniëlla Verbruggen voort uit gezamelijke spaargelden van de overledene en haarzelf.
Kan zij dit zomaar allemaal krijgen of heb ik recht op mijn reservatair deel? (Mijn zus heeft alles verworpen en ik heb ook verworpen maar in het voordeel van mijn kinderen) Dus mijn kinderen nemen in dit geval mijn plaats in.

Re: levensverzekering vader

Geplaatst: 25 feb 2014 14:24
door roharro
Is er iemand overleden?
Ingeval van scheiding van goederen zijn er geen gezamenlijke spaargelden.

Re: levensverzekering vader

Geplaatst: 27 feb 2014 08:32
door j.demoor
Ik ga ervan uit dat uw vader overleden is.

“Art.124.In geval van overlijden van de verzekeringnemer is de verzekeringsprestatie, overeenkomstig het Burgerlijk Wetboek, onderworpen aan de inkorting en, voor zover de verzekeringnemer dit uitdrukkelijk heeft bedongen, aan de inbreng.”(25 JUNI 1992. - Wet op de landverzekeringsovereenkomst).
DU MONGH,J.,Levensverzekering en erfrecht na het arrest van het Grondwettelijk Hof van 26 juni 2008,R.W.2008-09,1242-1254;

‘...een levensverzekering is uitgekeerd die op naam stond van mijn vader en waarvan zij de begunstigde is.’

Die uitkering betreft een verzekeringsprestatie

“Art.1465. Ingeval er kinderen zijn die niet gemeenschappelijk zijn, blijft elk beding in het huwelijkscontract hetwelk ten gevolge heeft dat aan een der echtgenoten meer wordt gegeven dan het beschikbaar gedeelte, zonder gevolg ten aanzien van het meerdere; gelijke verdeling van hetgeen is overgespaard van de wederzijdse inkomsten der echtgenoten, al zijn die ongelijk, wordt echter niet beschouwd als een voordeel waardoor de kinderen die niet gemeenschappelijk zijn worden benadeeld.”(Burgerlijk Wetboek).

‘het intekenbedrag op deze verzekeringsrekening komt volgens verklaring van mevrouw Daniëlla... voort uit gezamelijke spaargelden van de overledene en haarzelf.’

Voornoemde verzekeringsuitkering aan de begunstigde is geen ‘gelijke verdeling van hetgeen is overgespaard