Art.931 Burgerlijk Wetboek- bewijs van handgift
Geplaatst: 18 apr 2008 17:49
Als Belg woon ik sinds 12 jaar in Frankrijk. Gehuwd onder het wettelijk stelsel, scheidde ik 6 jaar terug, de verdeling van de gemmeenschap zit echter in een impasse. Mijn ex-echtgenote betwist de handgift van mijn ouders die me destijdseen geldsom gaven, waarmee ik deels de aankoop heb kunnen bekostigen van de echtelijke woning in Frankrijk.
Er werd toen een onderhandse akte opgemaakt die dus niet werd verleden voor een notaris.
Niettegenstaande dit geen verplichting was, heb ik deze som echter wel à posteriori geregistreerd als schenking bij de franse belastingsoverheid.
De raadsman van mijn ex-echtgenote, stelt dat hier enkel de belgische wetgeving mag worden toegepast en verwijst naar het art. 931 van het burgelijk wetboek. Dit stelt dat alle schenkingen onder levenden dienen worden te verleden voor een notaris, op straf van nietigheid.
Zowel de belgische fiscale wetgeving, als de tientallen artikels die ik putte uit de websites van gerenomeerde advocaten die verwijzen naar verschillende uitspraken van het Hof van Cassatie, beweren nochthans het tegenovergestelde. De geldigheid van een handgift van roerende goederen is alleen onderworpen aan de vereiste van eigendomsafgifte door de schenker en de ontvangst van de begiftigde.
Kan iemand me zeggen of het art.931 gewijzigd werd in die zin en/of me verwijzen naar een concrete uitspraak (met datum en nummer) op dit vlak van het Hof van Cassatie.
vriendelijke dank.
Er werd toen een onderhandse akte opgemaakt die dus niet werd verleden voor een notaris.
Niettegenstaande dit geen verplichting was, heb ik deze som echter wel à posteriori geregistreerd als schenking bij de franse belastingsoverheid.
De raadsman van mijn ex-echtgenote, stelt dat hier enkel de belgische wetgeving mag worden toegepast en verwijst naar het art. 931 van het burgelijk wetboek. Dit stelt dat alle schenkingen onder levenden dienen worden te verleden voor een notaris, op straf van nietigheid.
Zowel de belgische fiscale wetgeving, als de tientallen artikels die ik putte uit de websites van gerenomeerde advocaten die verwijzen naar verschillende uitspraken van het Hof van Cassatie, beweren nochthans het tegenovergestelde. De geldigheid van een handgift van roerende goederen is alleen onderworpen aan de vereiste van eigendomsafgifte door de schenker en de ontvangst van de begiftigde.
Kan iemand me zeggen of het art.931 gewijzigd werd in die zin en/of me verwijzen naar een concrete uitspraak (met datum en nummer) op dit vlak van het Hof van Cassatie.
vriendelijke dank.