CASUS
Een man en vrouw zijn getrouwd onder het wettelijk stelsel met enkele modaliteiten.
Er zijn 3 kinderen geboren uit dat huwelijk. De man overlijdt.
In het huwelijkscontract is een verblijvingsbeding opgenomen, alsook een beding dat de LLE het grootst BD toegewezen krijgt.
Uiteraard is dat leuk maar fiscaal niet erg gunstig...
VRAGEN
1) Het eerste kwalificeer ik als een huwelijksvoordeel. Dit gebeurt toch voor de vereffening-verdeling en valt dus niet in de nalatenschap, toch moet ze daar wel successierechten op betalen. Nu is mijn eerste vraag of de vrouw afstand kan doen van het verblijvingsbeding? Ook indien er geen keuzebeding is opgenomen in het huwelijkscontract?
En krijgt zij dan de helft van de gemeenschap krachtens het huwelijksrecht + VG op de gehele nalatenschap krachtens het erfrecht?
2) Als de vrouw het grootst BD verwerpt dan heeft zij toch nog steeds recht op haar wettelijk erfdeel? Want zij wordt als wettelijk erfgenaam en als testamentair erfgenaam geroepen tot de nalatenschap.