#2 , 29 jan 2018 16:58
Elke partner is/was eigenaar van de helft: van de woning, van de aanwezige gelden. De overlevende (LLE) behoudt zijn helft. De helft van de overledene wordt vererfd. In het wettelijk stelsel verkrijgt de LLE het vruchtgebruik en verdelen de kinderen de blote eigendom. Voor de woning moet je niets doen, de Registratie noteert dat in hun bestanden.
Voor geld en dergelijke moet je zelf actie ondernemen. De officieel voorziene werkwijze is dat het bedoelde geld wordt geblokkeerd op naam van de kinderen, met vermelding vaan vruchtgebruik voor de LLE. Deze krijgt dus de intresten uitbetaald.
Dat vruchtgebruik kan afgekocht worden, volgens een barema op basis van leeftijd. Een voorbeeld.
Stel er is een spaarrekening van 50.000 €. 25.000 € is voor de LLE , uzelf. Normaal : de 25.000 € van de overledene wordt op naam van uw kind gezet, geblokkeerd zolang u leeft. Zij kan dat geld dus eigenlijk niet gebruiken.
Een oplossing is dat het vruchtgebruik wordt afgekocht volgens dat barema. Voor een vrouw van 67 jaar lees ik : levensverwachting 20.5 jaar; coëfficiënt voor vruchtgebruik : 18.66. DWZ uw dochter kan dat vruchtgebruik afkopen als zij 18.66 % van die 25.000 € aan u betaalt. Zij kan alzo dat geld gebruiken.
Zij kan steeds onder die voorwaarde haar deel opeisen, behalve voor de gezinswoning.
Ik heb gisteren gezien , ik ken morgen!
Toet-anch-Amon