JuridischForum.be

Graag info over volgend probleem:

Mijn echtgenote, mijn dochter en ikzelf komen te overlijden in bv. een ongeluk.

Er zijn geen broers of zussen.

Ouders echtgenote leven beide, mijn moeder is overleden en ikzelf heb nooit contact gehad met mijn vader maar deze leeft nog wel.

Ik heb begrepen dat in zulk een situatie de ouders bevoorrechte erfgenamen zijn en elk 1/4 van de nalatenschap erven maar wordt dit dat 1/3 in ons geval of kunnen we bijvoorbeeld bij een notaris laten beschrijven dat de nooit gezien vader slechts recht heeft op zijn bevoorrecht deel van 1/4.

Ingeval alles gemeenschappelijk bezit is van u en uw echtgenote gaat de helft van de nalatenschap naar uw vader en de andere helft naar uw schoonouders. U kunt die verhouding wijzigen bij testament.

Als U niets onderneemt , gaat steeds 1/2 van uw deel van de gemeenschap ( dus 1/4 van het totaal ) naar uw vader. De andere helft gaat , door het systeem van kloving , naar de familie van uw moeder : uw ooms, tantes , neven en nichten langs moeders kant.
Via testament kan U uw vaders deel beperken tot zijn reserve : 1/4 van uw deel. Over de rest kan U vrij beschikken en geven aan wie U wil.
Elk van de nog levende (schoon) ouders heeft dus minimum recht op 1/4 van het deel van hun kind.

Wat als kan bewezen worden dat één van de drie vb. nog een half uur langer geleefd heeft? Dit geeft een heel andere situatie : die erft nl. eerst van de anderen. Is dat de dochter , moet die niks aan haar grootouders geven.

Indien de gezinssituatie echt is zoals U zegt , en er is een kans op dergelijk ongeluk omdat jullie veel samen reizen , praat U best eens met een notaris. Er bestaan formules om dergelijke gevallen correct te regelen.

Het antwoord is natuurlijk correct , er moet gewoon een testament opgemaakt worden , voor het geval deze situatie zich zou voordoen.Maar enkel om zeker te zijn , stel ik me devolgende vraag.

Moeten we ook niet weten of er nog familielden van moeder van mijnheer bestaan, want dit kan het antwoord veranderen volgens mij.

Het gaat hier om de derde orde, dient er dan geen kloving te geschieden voor het gedeelte van mijnheer?

dus de helft gaat naar de ouders van mevrouw(ieder 1/4)
van de andere helft (die van mijnheer) zou volgens mij 1/4 naar zijn vader gaan en 1/4 naar familieleden van zijn moeder (indien die er niet zijn is 1/2 voor vader )

EN als er nog familieleden van de moeder van mijnheer zijn is de situatie nog iets ingewikkelder, temeer daar in dit specifiek geval de kloving een mildering zou moeten ondergaan en de vader naast de 1/4 in volle eigendom ook nog 1/3 van de andere 1/4 in vruchtgebruik erft.
Ben ik juist of zit ik ergens fout?

Antwoord werd gegeven 1 minuut vóór ik de vraag stelde. Dus het antwoord is vóór de vraag gekomen. Bedankt. Ik zat dus juist.(Ben geen jurist , maar heb veel belangstelling voor deze materie.)

Oei, Inderdaad het bestaan tak van kant moeder over het hoofd gezien. Mea culpa....

“Art.746.Wanneer de overledene geen nakomelingen heeft achtergelaten en ook geen broeder of zuster, of afstammelingen van dezen, wordt de nalatenschap in twee helften verdeeld tussen de bloedverwanten in de vaderlijke opgaande lijn en de bloedverwanten in de moederlijke opgaande lijn...”(B.W.=Burgerlijk Wetboek).

Indien u overlijdt in de gegeven omstandigheden dan erft uw vader de helft van uw nalatenschap,terwijl de andere helft gaat naar de bloedverwanten van uw moederlijke opgaande lijn.

“Art.915.De giften bij akten onder de levenden of bij testament mogen de helft van de goederen niet overschrijden, indien de overledene, bij gebreke van kinderen, in de vaderlijke en in de moederlijke lijn een of meer bloedverwanten van de opgaande lijn achterlaat; en drie vierden, indien hij slechts in één lijn bloedverwanten van de opgaande lijn achterlaat. De giften aan de langstlevende echtgenoot en aan de langstlevende wettelijk samenwonende mogen evenwel de gehele nalatenschap omvatten. Art.916.Bij gebreke van een langstlevende echtgenoot, van bloedverwanten in de opgaande en in de nederdalende lijn mogen de giften, bij akten onder de levenden of bij testament, de gehele nalatenschap omvatten.”(B.W.).