#3 , 22 aug 2009 10:46
“Art.205.De kinderen zijn levensonderhoud verschuldigd aan hun ouders en hun andere bloedverwanten in de opgaande lijn die BEHOEFTIG zijn...Art.207.De verplichtingen die uit deze bepalingen voortvloeien, zijn wederkerig...Art.213.Echtgenoten zijn jegens elkaar tot samenwoning verplicht; zij zijn elkaar getrouwheid, HULP en bijstand verschuldigd.”(Burgerlijk Wetboek).
‘Le devoir d'assistance et de secours,et partant l'obligation de servir une pension alimentaire au conjoint autorisé à avoir une résidence séparée,subsistent pendant l'instance en divorce,nonobstant les torts de ce conjoint‘(Cass. 5 december 1969,Pas. 1970,I,314,Arr.Cass. 1970,336,R.W. 1969-70,1288).
‘De verwerpende erfgerechtigde kan toch gehouden zijn tot het betalen van de begrafeniskosten. Deze verplichting bestaat slechts voor zover de decujus behoeftig was en de begrafeniskosten in verhouding zijn tot het vermogen van de schuldenaar‘(Gent 4 juni 2002,R.W.2003-04,350-351).
‘De kosten van verpleging die onmiddellijk aan het overlijden voorafgaan,maken een schuld uit van de nalatenschap van de overledene. Ze vallen EVENEENS onder het voorwerp van de onderhoudsverplichting van art.205 B.W. indien aan de voorwaarden hiertoe is voldaan,ook ten aanzien van de verwerpende erfgenaam‘(Vred.Merksem 15 juli 1999, Rechtskundig Weekblad 2000-01,991-992,noot VANWINCKELEN,K.).
Wat geldt inzake levensonderhoud(art.205) geldt mijns inziens evenzeer inzake hulp(art.213).
Ga naar Belgische wetgeving in JUSTEL-databanken van Belgisch Staatsblad. Klik voor WetBOEKEN achter ’Juridische aard’. Op afkondigingsdatum vindt u de overige akten. Inzake FEDERALE fiscale wetgeving zie http://www.fisconetplus.be/