#5 , 04 jul 2009 11:15
“Art.121.De begunstigde heeft door het enkele feit van zijn aanwijzing recht op de verzekeringsprestaties. Dat recht wordt onherroepelijk door de aanvaarding van de begunstiging...Art.124.In geval van overlijden van de verzekeringnemer zijn de premies die hij heeft betaald, niet aan inbreng of inkorting onderworpen, behalve voor zover het betaalde kennelijk buiten verhouding staat tot zijn vermogenstoestand, in welk geval de inbreng of de inkorting het bedrag van de opeisbare prestaties niet mag overschrijden.”...”(Wet Landverzekeringsovereenkomst 25 juni 1992).
“Artikel 124 van de wet van 25 juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het ertoe leidt dat, in geval van een spaarverrichting door de erflater in de vorm van een gemengde levensverzekering, de reserve niet kan worden aangevoerd ten aanzien van het kapitaal.”(Grondwettelijk Hof 96/2008,26 juni 2008;DU MONGH,J.,Levensverzekering en erfrecht na het arrest van het Grondwettelijk Hof van 26 juni 2008,R.W.2008-09,1242-1254).
Ik ga ervan uit dat uw broer geen kinderen had.
“Art.915.De giften bij akten onder de levenden of bij testament mogen de helft van de goederen niet overschrijden, indien de overledene, bij gebreke van kinderen, in de vaderlijke en in de moederlijke lijn een of meer bloedverwanten van de opgaande lijn achterlaat; en drie vierden, indien hij slechts in één lijn bloedverwanten van de opgaande lijn achterlaat.”(B.W.=Burgerlijk Wetboek).
Uw ouder(s) kunnen dus eventueel inkorting vorderen.
Zie verder art.748 en 749 B.W.
Ga naar Belgische wetgeving in JUSTEL-databanken van Belgisch Staatsblad. Klik voor WetBOEKEN achter ’Juridische aard’. Op afkondigingsdatum vindt u de overige akten. Inzake FEDERALE fiscale wetgeving zie http://www.fisconetplus.be/