JuridischForum.be

Mijnheer X (vrijgezel, geen kinderen, ouders overleden) komt te overlijden en blijkt dat hij een levensverzekering heeft afgesloten voor één van zijn broers (die ook al overleden is). Hij had ook nog 2 andere broers en een zuster die allen overleden zijn. In de nalatenschap (er is geen testament) van de roerende en onroerende goederen zijn er 11 erfgenamen (de kinderen van zijn broers en zuster). Eén zijner broers had geen kinderen, de twee andere ieder 2 en zijn zuster had 7 kinderen. Het bedrag van de levensverzekering wordt apart verdeeld ( dus niet door de notaris) door de bank waar de levensverzekering werd afgesloten. Komt het bedrag van die levensverzekering nu toe aan de 2 kinderen van de broer waarvoor hij een levensverzekering had afgesloten of wordt dit verdeeld onder de 11 erfgenamen? En is dat dan ieder evenveel of wordt de normale regeling gevolgd ( zijn overleden broers en zuster en vervolgens die hun deel gedeeld door hun aantal kinderen)?

Als er geen aangeduide begunstigde (meer) is dan gaat de uitbetaling naar de nalatenschap en wordt verdeeld op dezelfde wijze als de rest van de nalatenschap.

Ik bevestig Thomas:
uit de landverzekeringswet:

Art. 175. Indien de begunstigde overlijdt voor het opeisbaar worden van de verzekeringsprestatie en zelfs indien de begunstigde had aanvaard komt het recht op prestatie aan de verzekeringnemer of aan zijn nalatenschap toe, tenzij hij subsidiair een andere begunstigde heeft aangewezen.

---------

Om 200% zekerheid te hebben moet je dus de (laatste versie van de) polis lezen. Daar zou kunnen instaan:
... aan mijn broer X; bij ontstentenis aan mijn zuster Y
of iets in die zin.

----------

Niet delen door 11 maar eerst door aantal vooroverleden broers/zusters die nog kinderen hebben (drie als ik het goed begrepen heb); dan volgens het aantal kinderen per broer/zus.