#4 , 22 mei 2009 20:15
In dit verband wil ik iets doen wat niet mijn gewoonte is. Ik verwijs naar art. 909 van het burgerlijk wetboek. Daarin staat één en ander over het wettelijk vermoeden van captatie of het 'jacht maken op ' erfenissen , in dit geval. (wet van 22 april 2003)
Het gaat om doctors in de genees- , heel- en verloskunde , apothekers , rusthuisdirectie en -personeel , en bedienaars van erediensten.
Genoemde personen kunnen , wanneer ze iemand hebben behandeld tijdens de laatste ziekte , geen voordeel genieten van testamentaire beschikkingen of schenkingen , die die persoon ten hunnen gunste zou hebben gedaan.
Van Dale's grote woordenboek : captatie = een listige wijze om iemand een testament te laten maken waardoor men zelf bevoordeeld wordt , ten nadele van anderen.
Er zijn blijkbaar ooit teveel dergelijke zaken gebeurd dat de wetgever heeft geoordeeld zulke dingen de facto te verbieden.
Er zijn natuurlijk wel mogelijkheden voor familieleden , waar dit wel is toegelaten.
Artikel 909 B.W.
Doctors in de genees-, heel- en verloskunde, officieren van gezondheid en apothekers, die een persoon hebben behandeld gedurende de ziekte waaraan hij overleden is, kunnen geen voordeel genieten van beschikkingen onder de levenden of bij testament, die hij, in de loop van die ziekte, te hunnen behoeve mocht hebben gemaakt.
Beheerders en personeelsleden van rustoorden, rust- en verzorgingstehuizen alsmede van om het even welke collectieve woonstructuur ook voor bejaarden kunnen geen voordeel genieten van beschikkingen onder de levenden of bij testament die een persoon die in hun instelling heeft verbleven gedurende zijn verblijf aldaar te hunnen behoeve mocht hebben gemaakt.
Dezelfde regels worden in acht genomen ten aanzien van de bedienaren van de erediensten en andere geestelijken, alsmede ten aanzien van de afgevaardigden van de Centrale Vrijzinnige Raad.
Ik heb gisteren gezien , ik ken morgen!
Toet-anch-Amon