#5 , 22 dec 2017 15:38
1. In burgerlijke zaken heeft een cassatieberoep geen schorsende werking. Nooit gehad.
2. De wet van 19 oktober 2015 houdende wijziging van het burgerlijk procesrecht en houdende diverse bepalingen inzake justitie Potpourri I) heeft art 1397, tweede lid, Ger. W. vervangen als volgt: " Behoudens de uitzonderingen die de wet bepaalt of tenzij de rechter bij met bijzondere redenen omklede beslissing anders beveelt, onverminderd artikel 1414, zijn de eindvonnissen uitvoerbaar bij voorraad, zulks niettegenstaande hoger beroep en zonder zekerheidsstelling indien de rechter deze niet heeft bevolen". Dit heeft dus betrekking op vonnissen waartegen beroep kan worden ingesteld. De wet van 19 oktober 2015 bepaalde dat deze bepaling van toepassing was op zaken ingeleid vanaf 1 november 2015.
3. Deze bepaling werd opnieuw vervangen door art. 155 van de wet van 6 juli 2017 houdende vereenvoudiging, harmonisering, informatisering en modernisering van bepalingen van burgerlijke recht en van burgerlijk procesrecht alsook van het notariaat, en houdende diverse bepalingen inzake justitie. De wet van 6 juli 2017 bevat voor dit artikel geen overgangsbepaling zodat het huidige artikel 1397 Ger. W. onmiddellijk van toepassing is op alle vonnis die uitgesproken worden vanaf de inwerkingtreding van de wet van 6 juli 2017, ongeacht wanneer de zaak werd ingeleid.