Er is heel veel mogelijk. Het is onmogelijk alle situaties en de gevolgen te bespreken. Daarbij komt dat niet alle rechters elke situatie op dezelfde manier behandelen. Een voorbeeld: een partij laat verstek gaan, zij is nooit komen opdagen in de procedure. Sommige rechters zullen de andere partij automatisch gelijk geven. Andere rechters beschouwen het verstek als een betwisting en gaan dus de vordering van de andere partij grondig onderzoeken. Nog andere rechters nemen een tussenstandpunt in: de feiten worden aanvaard, omdat de andere partij ze niet komt betwisten, de rechter moet echter het recht correct toepassen en dus nazien of de vordering van de eisende partij juridisch juist is.
1. Indien een partij geen conclusies zou bezorgen, in een procedure aanhangig voor de rechtbank van eerste aanleg?
Als dit de eisende partij is moet rekening gehouden worden met de middelen en vorderingen die in de dagvaarding of het verzoekschrift in hoger beroep staan.
Het feit dat een partij geen conclusie genomen heeft, neemt niet weg dat die partij wel mag pleiten (art. 756bis Ger. W.). De rechter is niet verplicht in het vonnis te antwoorden op de middelen die niet in een conclusie staan. Hij mag wel rekening houden met wat gepleit werd. Als dit de verwerende partij is, of een gedaagde in hoger beroep (geïntimeerde) kan deze echter geen tegenvordering of incidenteel hoger beroep instellen. Dat kan maar in een conclusie. De eisende partij kan haar vordering ook niet uitbreiden als ze geen conclusie neerlegt (sommige rechters aanvaarden toch dat een vordering geacteerd wordt op het zittingsblad, dit is een minderheid).
2. Indien een partij (advocaat verweerder) niet zou verschijnen op de door de rechtbank (vredegerecht) in een conclusiekalender bepaalde zitdag?
Hangt ervan af of deze partij een conclusie genomen heeft of niet en of zij haar stukken vooraf ter griffie heeft neergelegd.
Eerst er vooral moet de eisende partij vragen dat toepassing gemaakt wordt van art. 747 Ger. W. en de zaak dus behandeld wordt. Dit gebeurt niet altijd. Een advocaat kan op weg naar de rechtbank een ongeval hebben, onverwacht in een file zitten enz... en vaak zal de advocaat die dan wel aanwezig is vragen dat de zaak wordt uitgesteld.
Als geen conclusie werd neergelegd: zie hierboven de behandeling bij verstek.
Als een conclusie werd neergelegd moet de rechtbank antwoorden met de middelen die in die conclusie ontwikkeld zijn. En als de stukken vooraf ter griffie werden neergelegd moet de rechtbank ook rekening houden met die stukken. In dat geval is het dus in feite vaak niet belangrijk of de advocaat al of niet verschenen is. Het enige verschil is het pleidooi dat niet gehouden is, maar meestal is dat niet bepalend voor het resultaat. Het belangrijkste zijn wat in de conclusie staat en de stukken.