Er is inderdaad een onevenwicht in de wetgeving. De wet gaat er blijkbaar van uit dat een verhuurder een "kapitalist" is met onuitputtelijke financiële middelen.
Middelen die er dikwijls niet (meer) zijn. Ik denk hierbij bijv. aan de vele rusthuisbewoners die hun enige gezinswoning (moeten) verhuren om de rusthuisrekening te kunnen betalen.
De oorsprong van het probleem is een falende overheid, die haar taak op het gebied van (sociale) huisvesting niet aankan en die dan maar afwentelt op de verhuurder.
Is dat laatste niet een te wat gemakkelijke uitleg om de onredelijke stijging van huurprijzen te trachten te vergoeilijken ?
Rusthuisbewoners kunnen evengoed hun eigendom verkopen om te voorzien in hun onderhoud hoor. Maar blijkbaar is dat
taboe wat een eigendom is niks meer dan een spaarrekening/boekje onder een andere vorm
Want hoe je het draait of keert er is veel te zeggen over de ethiek van het in eigendom hebben van woningen voor verhuur waar in die
zelfde maatschappij mensen helemaal geen dak boven het hoofd hebben. En daarin speelt de staat niet alleen een rol.
Nog een geluk dat men de meest extreme vormen wettelijk kan aanpakken. Dat er een onevenwicht is zal ook wel ingegeven zijn door
feit dat een eigenaar a héél veel tegenslag moet hebben om echt zware verliezen te incasseren. Ze hebben dus altijd een beetje voorsprong
zeker als blijkt dat een eigendom al tenminste een generatie terug werd afbetaald . Een voorsprong die de laatste 2 decennia alleen maar is gegroeid door die exponentiele stijgingen in de opgepompte waarde van woningen