#2 , 07 jan 2015 11:46
“Art.4.2.1.Niemand mag zonder voorafgaande stedenbouwkundige vergunning :...6° de hoofdfunctie van een bebouwd onroerend goed geheel of gedeeltelijk wijzigen, indien de Vlaamse Regering deze functiewijziging als vergunningsplichtig heeft aangemerkt;7° een woning opsplitsen of in een gebouw het aantal woongelegenheden die hoofdzakelijk bestemd zijn voor de huisvesting van een gezin of een alleenstaande wijzigen, ongeacht of het gaat om een eengezinswoning, een etagewoning, een flatgebouw, een studio of een al dan niet gemeubileerde kamer...”(15 MEI 2009. - Vlaamse codex ruimtelijke ordening).
‘hebben wij een woning met (onderliggend) handelspand gekocht. Het pand is in één geheel zonder aparte ingang en tellers.’
Onderzoek zorgvuldig of aan voornoemde bepalingen al dan niet voldaan is.
“Art.1.De bepalingen van deze afdelingen zijn van toepassing op de huur van onroerende goederen of gedeelten van onroerende goederen die, hetzij uitdrukkelijk of stilzwijgend vanaf de ingenottreding van de huurder, hetzij krachtens een uitdrukkelijke overeenkomst van partijen in de loop van de huur, door de huurder of door een onderhuurder in hoofdzaak gebruikt worden voor het uitoefenen van een kleinhandel of voor het bedrijf van een ambachtsman die rechtstreeks in contact staat met het publiek.”(Handelshuurwet 30 april 1951).
‘om eventueel paspoppen met een verwijzing naar hun winkel of andere goedere in de vitrine te zetten’
Dit is geen ‘uitoefenen van een kleinhandel of voor het bedrijf van een ambachtsman die rechtstreeks in contact staat met het publiek’ .Het verhuren ervan is dan ook geen handelshuur en evenmin woninghuur,maar wel gemeenrechtelijke huur (art.1736-1740 Burgerlijk Wetboek).
Ga naar Belgische wetgeving in JUSTEL-databanken van Belgisch Staatsblad. Klik voor WetBOEKEN achter ’Juridische aard’. Op afkondigingsdatum vindt u de overige akten. Inzake FEDERALE fiscale wetgeving zie http://www.fisconetplus.be/