De meeste muren zijn gemeenschappelijk, en anders KOOPT men die muur. Dat was hier het probleem trouwens niet.
Ik verwijs verder nogmaals naar:
https://www.ruimtelijkeordening.be/NL/B ... re,houtkot,
LOSSTAANDE BIJGEBOUWEN IN DE TUIN
Losstaande bijgebouwen in de tuin zoals een tuinhuis, serre, schuurtje, poolhouse of garage komen in vele gevallen in aanmerking voor een vrijstelling van vergunning.
VRIJSTELLING*
Er geldt onder voorwaarden een vrijstelling van vergunning voor het optrekken van vrijstaande bijgebouwen in de zij- en/of achtertuin. Het kan hier gaan over een tuinhuis, poolhouse, vrijstaande carport,vrijstaande garage, serre…
Er geldt een maximum van 40 vierkante meter oppervlakte aan vrijstaande bijgebouwen per woning. Let op: ook reeds bestaande losstaande bijgebouwen worden hierbij gerekend.
De vrijstelling geldt enkel als de losstaande bijgebouwen
een hoogte van 3,5 meter niet overschrijden (dit is de totale hoogte, gemeten tot het hoogste punt van het bijgebouw),
maximaal 30 meter van de woning opgetrokken worden,
in de zijtuin 3 meter van de perceelsgrens blijven,
in de achtertuin 1 meter van de perceelsgrens blijven of tegen een bestaande scheidingsmuur op de perceelsgrens gebouwd worden zonder deze bestaande scheidingsmuur te wijzigen.
Klopt, men kan zich in die muur inkopen maar dit is men niet verplicht.
In dit geval is TS volledige eigenaar... dus nogmaals, uw info is naast de kwestie.
Maar denk je nu echt dat ik die regels van de ruimtelijke ordening niet ken?
Hoe is het toch mogelijk dat mensen die een tekstje lezen op internet meteen denken dat ze expert zijn in dit onderwerp. Dit is zo complex en er bestaan enorm veel wetteksten die men in rekening moet brengen. De regels van de ruimtelijke ordening bouwen verder op de wetgeving.
In het veldwetboek staat dat iedere muur of haag op de erfgrens geacht wordt gemeenschappelijk te zijn.
DUS, telkens men in de wet verwijst naar een muur of afsluiting op de erfgrens, dan heeft men het over een gemeenschappelijke muur. Aangezien we het hier niet over een gemeenschappelijke muur hebben is die laatste zin in de regels van de ruimtelijke ordening niet van toepassing.
In het veldwetboek staat ook dat men niet mag raken aan een niet gemeenschappelijke muur. Wil die persoon de rechten van die muur hebben dan moet hij zich inkopen. DAN PAS kan hij zijn tuinhuis tegen die scheidingsmuur plaatsen.
Die buur bezit geen eigendomsrechten van die muur. Dus als men, volgens de letter van de wet, het perceel van die buur bekijkt heeft hij daar geen muur, men kan geen tuinhuis zetten tegen een muur dat niet bestaat. (Lees: dat men niet bezit)
Hopelijk is dit nu eindelijk duidelijk. Indien niet, kan ik niets meer daaraan toevoegen...