Sinds overlijden vader zijn bankrekeningen (spaar en effecten) in onverdeeldheid (6 kinderen), met vruchtgebruik voor moeder.
Ook de ouderlijke woning is in onverdeeldheid met vruchtgebruik moeder.
Moeder woont nu in een zorgcentrum, is dement. Onlangs is een bewindvoerder aangesteld om haar goederen te beheren.
Woning staat leeg, wordt best verkocht.
1 broer wil uit onverdeeldheid treden voor alle rekeningen (spaar en effecten), ook voor het geld dat verkoop van de woning zou opleveren (woning zal eerst verkocht worden) . Ikzelf heb dit geld momenteel niet nodig, dus ik wens mijn deel niet op te vragen.
3 vragen:
1. Ben ik als mede-eigenaar verplicht om ook uit onverdeeldheid te treden ?
Met andere woorden: ben ik verplicht om ook mijn deel van de gelden op te nemen en vruchtgebruik aan moeder te vergoeden ? Of is het mogelijk dat enkel mijn broer zijn geld hier uit haalt en de rest onaangeroerd laat? (De effectenrekening bevat een aantal effecten dat deelbaar is door 6.)
2. Als enkel mijn broer uit onverdeeldheid treedt, ben ik dan verplicht om de kosten die hieraan verbonden zijn (notaris, administratie, …) mee te betalen ?
3. Heeft mijn broer de expliciete toestemming van de andere 5 kinderen nodig om zijn deel op te vragen ?