In onze VME komt aan het licht dat de onderhoudsfirma van onze beide hydraulische liften 4 offertes heeft ingediend voor herstelling van mankementen bij onze Syndicus (aangesloten bij het B.I.V.).
De eerste offerte slaat op meer dan normaal olieverlies van een dichting (schraapring piston). Dit houdt in dat de lift niet meer tot op de hoogste verdieping geraakt.
De tweede offerte slaat op een slecht functionerend mechanisme waardoor de lift niet meer stopt op de gevraagde verdieping. Dit heeft aanleiding gegeven tot geblokkeerde personen die moesten ontzet worden door de liftfirma.
De beide laatste offertes slaan op een stuurprint die niet goed functioneert sinds jaren, waardoor de lift op het gelijkvloers pas na ongeveer 1 minuut opengaat. Het blijkt dat deze offerte al een 3-tal jaren geleden ingediend werd bij de vorige Syndicus. De liftfirma heeft in maart 2012 opnieuw een offerte ingediend bij de huidige Syndicus voor herstelling.
De Syndicus heeft dit verzwegen voor de laatste Algemene Vergadering. De Raad van Mede-eigendom heeft intern “beslist” om enkel de eerste dringende offerte te laten uitvoeren. Deze Raad beroept er zich op dat zij delegaties hebben gekregen tot een beloop van 2000€. In de tussentijdse verslagen van deze Raad is nergens een spoor hiervan.
De Syndicus is in gebreke gebleven wegens het laattijdig opvragen van voldoende provisies. De begroting werd ook foutief opgesteld, rekening houdend met de bestaande “verzwegen” toestand.
Kan dit zomaar? Is de Syndicus niet gebonden door de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek? Valt de herstelling van liften niet onder het begrip (dringende en/of bezwarende maatregelen)?
Art.577-8...§ 4. Ongeacht de bevoegdheid die hem door het reglement van mede-eigendom wordt toegekend, heeft de syndicus tot opdracht:...4° alle bewarende maatregelen te treffen en alle daden van voorlopig beheer te stellen...”(B.W.).
“Art.577-9...§ 4. Wanneer in de algemene vergadering de vereiste meerderheid niet wordt gehaald, kan iedere mede-eigenaar aan de rechter de toestemming vragen om zelfstandig op kosten van de vereniging, dringende en noodzakelijke werken uit te voeren aan de gemeenschappelijke gedeelten. Hij kan eveneens de toestemming vragen om op eigen kosten de werken uit te voeren die hij nuttig acht, zelfs aan de gemeenschappelijke gedeelten, wanneer de algemene vergadering zich zonder gegronde reden daartegen verzet...”
Voor kleinere mankementen, zoals piepende rollagers, waaraan de kooi is opgehangen, werd aan de Syndicus gevraagd het nodige te laten doen naar aanleiding van de driemaandelijkse onderhoudsbeurten door de liftfirma (zoals contractueel bepaald). Dit houdt in principe geen meerkost in, behalve bij gebruik van wisselstukken. Nu blijkt bij interpellatie van de onderhoudsploeg door een Mede-eigenaar, dat de betrokken technicus niet hiervan op de hoogte werd gesteld door de Syndicus. Op eenvoudig verzoek, ter plaatse door een Mede-eigenaar, werd het euvel eenvoudigweg hersteld door gebruik van smeerolie.
Wat kan men ondernemen om de Syndicus te bewegen zijn “verstand” te gebruiken? De Syndicus verschuilt zich achter de beslissing van de Algemene Vergadering, die pas zal plaats hebben in maart 2014. Kan dit zomaar?