#5 , 10 apr 2013 20:58
A. De VME moet gedagvaard worden, niet de syndicus.
B. Een aangetekende zending is een andere problematiek dan een dagvaarding. De problematiek van art. 577-8, §4, 6° BW is hier niet van toepassing.
C. De zetel van de rechtspersoon is de plaats waar de VME is gelegen, niet de syndicus. De betekening van de dagvaarding moet dus eerste bij de VME geschieden, pas daarna komt art. 38 Ger.W. in actie. (woonplaats van de syndicus)
D. Op grond van art. 577-9, par. 1, lid 2 B.W. kan iedere mede-eigenaar alle rechtsvorderingen alleen instellen betreffende zijn kavel, na de syndicus daarover te hebben ingelicht die op zijn beurt de andere mede-eigenaars inlicht. Als die melding aangetekend gebeurt, is art. 577-8, §4, 6° BW wel van toepassing. (Behoudens andersluidende bepalingen in dit hoofdstuk, wordt aangetekende briefwisseling, op straffe van nietigheid, geadresseerd aan de woonplaats, of bij ontstentenis daarvan, aan de verblijfplaats of de maatschappelijke zetel van de syndicus en aan de zetel van de vereniging van mede-eigenaars)