#7 , 17 jan 2013 08:48
“Art.2277.Termijnen van...Huren van huizen en pachten van landeigendommen...en, in het algemeen, al hetgeen betaalbaar is bij het jaar of bij kortere termijnen,Verjaren door verloop van VIJF jaren.”(Burgerlijk Wetboek).
B.6. Het criterium waarop het in het geding zijnde verschil in behandeling steunt, afgeleid uit het karakter van kapitaal of van inkomsten van de schuldvordering, is niet relevant ten aanzien van het doel van artikel 2277 van het Burgerlijk Wetboek, dat erin bestaat de schuldeiser tot zorgvuldigheid aan te zetten en tegelijk de schuldenaar te beschermen tegen de opeenstapeling van periodieke schulden over een te lange periode. Ten aanzien van dat doel vertoont de schuld met betrekking tot de levering van LEIDINGWATER immers gelijkenissen met de schulden bedoeld in artikel 2277 van het Burgerlijk Wetboek, vermits die schuld, aangezien zij periodiek is en het bedrag ervan na verloop van tijd toeneemt, op termijn een dermate grote kapitaalschuld kan worden dat zij de schuldenaar kan ruïneren. Hieruit volgt dat artikel 2277 van het Burgerlijk Wetboek, in die zin geïnterpreteerd dat het niet van toepassing is op de schulden met betrekking tot de levering van leidingwater, onder schuldenaars van periodieke schulden een verschil in behandeling invoert dat niet kan worden verantwoord,Arbitragehof nr.15/2005,19 januari 2005;LEBON,C.,Ook voor water-, gas- en elektriciteitslevering (art. 2277 B.W.),NjW 2005, nr. 109, 506;
In die zin geïnterpreteerd dat de vijfjarige verjaring waarin artikel 2277 van het Burgerlijk Wetboek voorziet, niet van toepassing is op de periodieke schulden in verband met de gemeenschappelijke lasten van een MEDE-EIGENDOM van een gebouw, schendt die bepaling de artikelen 10 en 11 van de Grondwet,Grondwettelijk Hof 006/2011,13 januari 2011;R.W.2011-12,486-690,Noot BOULY,S.,Time flies...ook voor de syndicus bij het invorderen van schulden met betrekking tot de gemeenschappelijke lasten van mede-eigendom;
“Art.4.Elke boeking geschiedt aan de hand van een gedagtekend verantwoordingsstuk, waarnaar zij moet verwijzen. De verantwoordingsstukken worden methodisch opgeborgen en zeven jaar bewaard, in origineel of in afschrift. Stukken die niet strekken tot bewijs jegens derden, worden drie jaar bewaard.”(12 JULI 2012. - Koninklijk besluit tot vaststelling van een minimum genormaliseerd rekeningenstelsel voor verenigingen van mede-eigenaars).
‘De verantwoordingsstukken worden methodisch opgeborgen en zeven jaar bewaard’ wijzigt de verjaring niet van de VERRICHTINGEN waarop ze betrekking hebben.
Ga naar Belgische wetgeving in JUSTEL-databanken van Belgisch Staatsblad. Klik voor WetBOEKEN achter ’Juridische aard’. Op afkondigingsdatum vindt u de overige akten. Inzake FEDERALE fiscale wetgeving zie http://www.fisconetplus.be/