Ik maak gebruik van een stuk landbouwgrond waarvan mijn moeder, haar zussen en broers(6 in totaal) eigenaars zijn. Om erop te geraken moeten we gebruik maken van een recht van doorgang(eeuwigdurend volgens de koopakte van het lijdend erf)
Ongeveer 30 jaar was er niemand van mijn familie gaan kijken.
En nu komt het probleem: Een buurman (niet die vh dienstbare erf maar de andere kant,iemand die totaal niks te maken heeft met onze uitweg) heeft ongeveer 13 jaar geleden een achterliggende stal omgebouwt tot kangaroewoning voor zijn, intussen, overleden schoonmoeder. Deze woning kreeg een voordeur aan onze weg. Omdat er niemand van ons kwam,wisten we van niks.
Ik heb intussen de bouwaanvraag en plannen gaan inzien en daar staat letterlijk in:met voordeur naar de servitude. Hij heeft de toestemming gekregen om de weg te gebruiken (en parkeren) van de toenmalige eigenaar van het lijdend huis. Intussen is dit huis verkocht.
Nu we onze grond terug in gebruik genomen is zijn er natuurlijk problemen ontstaan. Mhr de buurman, die nu zelf in deze woning woont, geeft zijn verworven oprit natuurlijk niet zomaar terug af. Hij is ook helemaal niet in fout, want hij heeft een goedkeuring voor die deur.
Ik heb een mail met klacht naar de bouwinspectie gedaan en heb gevraagt of ze bij het geven van een bouwvergunning niet verplicht zijn om rekening te houden met het burgerlijk wetboek.
Volgens hun staat die deur daar al te lang en kunnen ze er niks aan doen.
Moet er nu echt naar de rechter gestapt worden om dit probleem op te lossen? Dat gaat nog meer ruzie geven natuurlijk.
Als er geen andere oplossing is,kan ikzelf (gebruiker maar geen eigenaar) dan naar het gerecht stappen?