Art. 577-2, §9, derde lid BW stelt: "De aan deze mede-eigendom verbonden lasten, met name de kosten van onderhoud, herstelling en vernieuwing, moeten worden omgeslagen naar evenredigheid van de respectieve waarde van elk privatief deel, tenzij wanneer de partijen beslissen die kosten om te slaan naar evenredigheid van het nut dat de gemeenschappelijke delen en diensten die deze kosten teweegbrengen, voor elk van de privatieve delen hebben. De partijen kunnen de waarde en het nut als criteria ook combineren."
Het nuttigheidscriterium beoogt een billijke verdeling van kosten waarin niet alle mede-eigenaar op gelijke wijze baat hebben.
Het waardecriterium slaat op het aantal aandelen die elke mede-eigenaar in de gemeenschappelijke delen bezit.
Hoe is dan "ereloon van de syndicus: per privatief kavel (vast bedrag per appartement en per garagekavel)" niet strijdig met art. 577-2, 69 BW?
In toepassing van het gedeelte in vet/onderlijnd heeft de AV de bevoegdheid om te beslissen over de nuttigheidcriterium. Het gaat hier om een vonnis van 2002. Het is wel zo dat vanaf 01.09.2010 een expliciete motivatie nodig is.
Bijkomend was het hier een feitelijke eis van de syndicus om zijn ereloon te verhogen en een eis van één mede-eigenaar (op 250) om de statuten (van 1975 = toepassing van de wet van 1924) toe te passen, niet meer of niet min.
De AV had met een ruime meerderheid gevraagd om de statuten toe te passen, zonder expliciet akkoord te gaan met een verhoging van het ereloon. Tekst van dat punt van de dagorde opgesteld door de syndicus. De syndicus was apart gedagvaard door de betrokken mede-eigenaar.