In het onderwerp over de blokpolis http://www.juridischforum.be/forum/view ... 39&t=30561 werd al zijdelings aangeraakt dat zowel het Ministerie van Financiën als de verzekeringsmaatschappij het concept "gemeenschap van eigenaars" nog steeds gebruiken, zich baserend op Art. 557bis BW van de wet van 1924, hoewel deze vervangen is door de artikels 577-3 à 577-14 BW, voor wat betreft de gedwongen mede-eigendom. Het Art. 577bis BW is blijven bestaan als Art. 577-2 BW voor de gewone mede-eigendom (erfenissen, ...).
Wat is het probleem? Beide dienen zich te baseren op bestaande documenten en mogen geen veronderstellingen doen.
De basisakten van voor 01.08.1995 vermelden in principe dat de basisakte is opgesteld in context van Art. 577bis BW. De wet bevat geen wijziging van rechtswege, enkel de technische vervanging van Art. 577bis BW door Art. 577/2 BW. Maar sinds 01.09.2010 is er wel een wijziging van rechtswege (lees Art. 577-14 BW).
Als de basisakte een vermelding bevat van Art. 577bis BW, dan dient de coördinatie van de statuten deze expliciet te wijzigen.
Kers op de taart: de recente wijzigingen, gestemd in de Kamer en welke nog kunnen geëvoceerd worden door de Senaat, bemoeilijkt deze statuutwijziging, omdat ze niet meer dient ingeschreven worden op naam van elke eigenaar. Deze eigenaars blijven dus formeel onderworpen aan Art. 577bis van 1924, maar de VME wordt onderworpen aan Art. 577-3 BW sinds 01.08.1995. Vroeg of laat zal dit aanleiding geven tot zware complicaties. Hopelijk gaat de Senaat over tot evocatie. Deze "vereenvoudiging" zou maar toepasbaar mogen zijn voor wijzigingen van toepassing na bvb. 01.08.1995.