Wij wonen in een appartementsgebouw van 82 appartementen met onderaan 12 winkels. Achter het gebouw bevind zich een parkeerplaats en onder het gebouw en parkeerplaats bevinden zich garages.
In de basisakte van het gebouw staat :
"aan elk der twaalf winkels is een genotsrecht verbonden op de achter het gebouw gelegen open koer, dak vormend voor de ondergrondse autostaanplaatsen."
In het bijvoegsel reglement van mede-eigendom
"zaken in onverdeeldheid tussen al de mede-eigenaars zonder onderscheid - algemene onverdeeldheid.
.......... het dak boven de dakappartementen, de appartementen en het garagecomplex, met de bedekking.
verder in artikel 8 van het bijvoegsel staat : Genotsrecht
"ten titel van privatieve afhankelijkheid is aan elk der twaalf winkels op de gelijkvloerse verdieping een genotsrecht verbonden betreffende de open koer achter het gebouw, dak vormend voor de ondergronds gelegen autostaanplaatsen. Zij alleen zullen derhalve het recht hebben om deze tuimte te beniutten als parking voor personenwagens of lcithe bestelwagens met een maximaal gewicht van 1.500kg a rato van twee parkings per winkel en volgens later ter plaatse aan te brengen aanduidingen. "
LET WEL : er staat niet exclusief gebruiksrecht
Nu zeggen de winkeleigenaars dat zij (en hun klanten) exclusief en alleen gerechtigd zijn om deze plaatsen te gebruiken maar eisen wel dat alle herstellingen aan de parking en de naast het gebouw gelegen private toegangsweg hersteld en vernieuwd worden op kosten van de ganse gemeenschap van eigenaars. Ook zijn zij nu zinnens om een slagboom te laten plaatsen maar tevens op kosten van de ganse gemeenschap.
Kan iemand hier duidelijkheid in brengen.
Alvast bedankt voor uw reakties.