Probeer nog een laatste oproep. HELP, HELP !!! Stel hiermee het spreekwoordelijke gezegde op de proef: "dat de aanhouder wint". Zou het?
Voor ingewijden is mijn vraag waarschijnlijk zonneklaar (vandaar de weinige reacties) que interpretatie Art. 577-8/1. Naar analogie hiermee stelt Art. 577-8/17 "
Elke mede-eigendom die met uitzondering van de kelders, de garages en de parkeerplaatsen minder dan twintig kavels omvat, mag een vereenvoudigde boekhouding voeren .....".
Persoonlijk denk ik dat garages uitgesloten worden. Desalniettemin roept het woord "KAVELS" onzekerheid op aangezien één kavel gelijkstaat met één garage denk ik dan. Dit zou impliceren dat een RvM opgericht dient te worden en de boekhouding uitgevoerd volgens het KB.
Veel appartementsgebouwen zijn voorzien van ondergrondse of aanpalende garages die één geheel, één gebouw vormen. De opdeling van kavels omvat de onderscheidende appartementen die men 'kavels' noemt. Dergelijke bouwwerken met bijvoorbeeld 18 kavels, 10 garages en 18 kelders worden niet verplicht en Raad van Mede-eigendom op te richten en mogen een vereenvoudigde boekhouding voeren.
Mijn aanvankelijke vraag handelt over een alleenstaand Garagecomplex bestaande uit meer dan twintig kavels, garages (40). Een appartementsgebouw is niet in wegen en velden niet te bekennen.
Hoe moet het Art 577-8/1;17 in deze geinterpreteerd worden? Zou graag jullie mening weten vermits het wel of niet oprichten van de Raad van Mede-eigedom in het geding is naast de wijze hoe de boekhouding zal dienen te gebeuren.
Hoop op een spoedige reactie vermits binnenkort de kwestie beslecht moet worden. Van harte bedankt.
Vriendelijke groeten,