#8 , 17 feb 2010 07:18
@ hendrik 1: de buur mag inderdaad die klimop niet laten woekeren en effetjes afwachten tot hij schade heeft. Hij heeft ook schadebeperkingsplicht. Hij komt hier aan tegemoet door nu maatregelen te vragen.
Zoals Vandebos zegt: u kocht het huis in de staat zoals het zich bevindt en u neemt dat 'zichtbaar gebrek' mee over. Anders had u aan de vorige eigenaar al moeten vragen dat te verwijderen vooraleer u de koopakte tekende.
Geen compromis of oplossing is dikwijls de voorbode van burenruzie. Al was het maar een hypothese, vanuit menselijk oogpunt is het altijd beter dat te vermijden. Het recht mag er pas aan te pas komen als volwassen menselijke oplossingen niet meer mogelijk zijn. Op de manier redeneren van "ik trek er me niks van aan", brengt enkel uzelf schade toe.
Een voorbeeld uit de rechtspraak (en die benadeelden wachtten ook af): Rb Brussel 24 januari 2008:
"Als ze erin slagen om de vervulling van de voorwaarden aan te tonen, op basis waarvan het aansprakelijkheidsmechanisme toegepast kan worden, of als ze erin slagen om aan te tonen dat de houding van hun milieuminnende buur het evenwicht verstoort tussen het recht van twee buren om van hun terreinperceel te genieten, hebben de geïntimeerden, de benadeelde buren, het recht om hun milieuminnende buur ertoe verplicht te zien om maatregelen te treffen om een minimum aan onderhoud van de aangrenzende tuin te garanderen.
De beschrijving van de staat van het terrein van de appellant die het deskundigenverslag bevat, evenals de bij dit verslag bijgevoegde foto's laten er geen twijfel over bestaan: de staat waarin de appellant zijn tuin onderhoudt, vormt een buitencontractuele fout met betrekking tot de enige esdoorn die nog (met takken) rechtstaat, terwijl het algemene totale gebrek aan onderhoud van de tuin, met de opstapeling van het plantaardige afval langs de gemene haag, als burenhinder beschouwd dient te worden.
De gerechtelijke deskundige merkte verder ook op dat het in de huidige staat handhaven van de enige esdoorn die nog rechtstaat (in het deskundigenverslag ‘de derde esdoorn' genoemd), gevaarlijk is.
De gerechtelijke deskundige gaf daarbij tevens te kennen dat, om hier iets aan te doen, de takken van de boom onderhouden dienden te worden.
De appellant wilde dit echter niet vrijwillig doen en beperkte zich tot het bijsnoeien, tot op zekere hoogte, van de wilde klimop die de stam verstikte, alsook de takken van de boom.
Door de door de gerechtelijke deskundige aanbevolen maatregelen niet te treffen, terwijl deze toch de gevaarlijkheid van de situatie had vastgesteld, heeft de appellant een foute houding ingenomen, die geen elke normaal voorzichtige en toegewijde goede huisvader onder dezelfde omstandigheden ingenomen zou hebben.
Bijgevolg moet de appellant veroordeeld worden tot het laten verrichten, door een professional, van een ernstig onderhoud van de takken van de betroffen esdoorn, opdat deze geen enkel gevaar meer zou betekenen, daarbij rekening houdend met het feit dat men zich in een stedelijk gebied bevindt.
Het toppen van de boom in kwestie, zoals door de geïntimeerden gevraagd en door de vrederechter toegekend, maar niet door de gerechtelijke deskundige overwogen werd, blijkt niettemin niet opportuun op basis van de aan de rechtbank voorgelegde stukken.
Het juiste evenwicht tussen de rechten van de twee buren om van hun eigendom te genieten, is dus verstoord door de houding die de appellant inneemt.
Deze verstoring vloeit voort uit de aanzienlijke hoeveelheid takken die de grond raken en de ophoping van takken langs de gemene haag die er gedeeltelijk door verpletterd wordt.
De gerechtelijke deskundige stelde bovendien het feit op de voorgrond dat de huidige staat van de tuin van de appellant bevorderlijk is voor een abnormale verspreiding van kleine schadelijke dieren. Het is dan ook terecht dat de vrederechter de door de geïntimeerden geformuleerde eisen met betrekking tot al deze bezwaren heeft ingewilligd."
Plus est en vous