Een blok met 2 appartementen (1e en 2e verdiep) en een gelijkvloerse winkelruimte. In onze basisakte (=nieuw opgemaakt in 2005 doordat het eigendom werd opgesplitst in 3 aparte eigendommen) staat de verdeling 30% 1e,30% 2e en 40% GV als verdeelsleutel van de gemeenschappelijke kosten. De lift behoort volgens de akte tot gemeenschappelijke kost en bijgevolg moet het GV hierin ook bijdragen.
Omdat we voor 2013 veiligheidsaanpassingen moeten doen aan de lift hebben wij (1e en 2e verdiep) er alle belang bij dat het GV ook meebetaalt/spaart voor deze lift. Wij hadden er bij de aankoop van ons appartement dan ook op gerekend dat alle 3 delen deze kost mee dragen (zo staat het immers ook in de basisakte!). Nu weigert het GV mee te betalen aan de lift (terwijl hij bij de aankoop perfect wist dat er in de basisakte stond beschreven dat het GV moet meebetalen!!). Deze twist zal voor de vrederechter komen en het GV haalt ter verdediging de wet van 30 juni 1994 op de mede-eigendom aan waarin art.577-9 par 6.2 staat dat iedere mede-eigenaar tegenover de rechter een wijziging kan vragen voor een onjuiste verdeling van de lasten.
Nu is mijn vraag:
- Wat is het doel van de basisakte nog indien er zomaar anpassingen aangevraagd kunnen worden?
- Is er ??n of andere wet/manier waarop wij ( 1e en 2e) ons kunnen beroepen ter verdediging? De eigenaar van het GV wist immers goed genoeg dat hij volgens de basisakte alsnog moest meebetalen aan de lift. Hij heeft deze immers ondertekend bij de aankoop!!! Voor ons is het gewoon een kwestie van verdeling van de kosten...Meer mensen die samen minder geld bijeenleggen is beter dan minder mensen die meer geld moeten samenleggen.