#4 , 18 okt 2009 11:18
“Art.1720.De verhuurder...moet daaraan gedurende de huurtijd alle herstellingen doen, die nodig mochten worden, behalve de herstellingen ten laste van de huurder. Art.1754.Herstellingen ten laste van de huurder, of geringe herstellingen tot onderhoud, waartoe, behoudens andersluidend beding, de huurder gehouden is, zijn die welke door het plaatselijk gebruik als zodanig beschouwd worden en, onder andere, de herstellingen...Art.1755.Geen van de herstellingen die geacht worden herstellingen ten laste van de huurder te zijn, komt voor rekening van de huurder, wanneer alleen ouderdom of overmacht daartoe aanleiding hebben gegeven.”(Burgerlijk Wetboek).
In art.2 Woninghuurwet werd ingevoegd : “§ 2. Met toepassing van de artikelen 1720, 1754 en 1755 van het Burgerlijk Wetboek op de huurovereenkomsten geregeld door deze afdeling, is de verhuurder verplicht tot alle herstellingen, andere dan de huurherstellingen. Deze herstellingen andere dan de huurherstellingen kunnen door de Koning worden gedefinieerd, bij een koninklijk besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad. Deze bepalingen hebben een dwingend karakter en zullen uitwerking hebben voor de huurovereenkomsten die ondertekend worden na de inwerkingtreding van dit artikel.(W 2007-04/25/38, art. 101, 3°, 005; Inwerkingtreding : 18-05-2007)”
Dit §2 houdt mijns inziens in dat in de WONINGHUUR de verhuurder zich SEDERT 18-05-2007 niet meer beroepen kan op ‘behoudens andersluidend beding’ uit art.1754 B.W..
De opsomming van GERINGE herstellingen tot onderhoud uit art.1754 B.W. is niet uitputtend ,zodat zij dient samengelezen met rechtspraak en rechtsleer ter zake. PAUWELS,A. en RAES,P.,Bestendig Handboek Huishuur en Handelshuur,Excelsior Brussel 1987,nrs. 133-200 verschaffen een vrij gedetailleerde opsomming.
Deel aangetekend voornoemde wetsbepaling letterlijk mee aan uw verhuurder en eis dat hij er zich naar gedraagt. Deel hem daarin tevens de hierboven door u opgesomde gebreken mee en of ze al dan niet alleen te wijten zijn aan ouderdom of overmacht.
Indien de kortsluiting aan de kookplaten niet te wijten is ouderdom of overmacht,dan kan haar herstel al dan niet ‘gering’ zijn. U kan de verhuurder meedelen dat u,bij uitblijven van herstel door zijn toedoen,vanaf een door u daarin te bepalen moment,zelf de herstelling doet uitvoeren,doch de kosten op hem verhaalt indien de herstelling achteraf NIET gering blijkt te zijn.
Ga naar Belgische wetgeving in JUSTEL-databanken van Belgisch Staatsblad. Klik voor WetBOEKEN achter ’Juridische aard’. Op afkondigingsdatum vindt u de overige akten. Inzake FEDERALE fiscale wetgeving zie http://www.fisconetplus.be/