Zo had ik het ook begrepen , maar dan zonder de Latijnse tussenvoegsels ...De wet in casu voert in feite een rangorde van prerogatieven in aangezien ze een speciaal "voorrecht" voorbehoudt ten gunste van de eigenaars cq de familieleden van eigenaars ten opzichte van een niet nader gespecifieerde populatie van mogelijke huurders van een onroerend goed. De bottom line is dat indien een familielid de woning wenst te huren (uiteraard mits akkoord van de verhuurder) dat familelid rechten heeft die niet voorbehouden zijn aan niet-familieleden.
Dat impliceert -ceteris paribus- dat indien er reeds iemand de woning huurt met dezelfde familieband het prerogatief van de nieuwe kandidaat huurder geen grotere voorrang geeft en dus niet automatisch recht geeft op de kortere opzegperiode.
Maar dit zou dan ook betekenen dat zelfs opa géén prerogatieven heeft , aangezien dezelfde familieband ( duh ...) .