http://wegcode.be/wetteksten/wetgroepen/verzekering
Alle hieronder vermelde bedragen moeten vermenigvuldigd worden met 8 opdeciemen!
Voorbeeld: 50 euro = 50 x 8 = 400 euro
Ook gerechtskosten - en de bijdrage aan het slachtofferfonds wordt vanaf 01.01.2017 onmiddellijk opgetrokken van 150 EUR naar 200 EUR en is nu reeds van toepassing in alle lopende zaken/vonnissen.
Wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen
Hier de bestraffing en de termijnen om zich in regel te stellen staan in art 21
§ 4. Wanneer de inbeslagneming gebeurde door de procureur des Konings in toepassing van deze wet, kunnen de personen aan wie van deze beslissing werd kennis gegeven krachtens artikel 28octies van het Wetboek van strafvordering, zich tot de politierechtbank wenden binnen de vijftien dagen vanaf de kennisgeving van de beslissing.
Deze termijn wordt verlengd met vijftien dagen indien een van deze personen in het buitenland verblijft.
De zaak wordt aangebracht bij de politierechter door een verklaring gedaan op de griffie van de politierechtbank en ingeschreven in een daartoe bestemd register.
De procureur des Konings legt de stukken ter staving van zijn beslissing neer ter griffie.
De politierechter doet in eerste en laatste aanleg uitspraak binnen de vijftien dagen na de neerlegging van de verklaring. De partijen en het openbaar ministerie worden gehoord.
De griffier stelt de partijen en hun advocaten per faxpost of bij een ter post aangetekende brief, uiterlijk achtenveertig uur vooraf, in kennis van plaats, dag en uur van de zitting.
De griffier maakt een kopie van het vonnis over aan het Centraal Orgaan voor de Inbeslagneming en de Verbeurdverklaring.
§ 5. Na afhouding door de Staat van de beslag- en bewaringskosten voor het motorrijtuig, vervangt de opbrengst van de vervreemding het in beslag genomen motorrijtuig.
Afdeling 2. Straffen
Artikel 22
§ 1. De eigenaar of de houder van het motorrijtuig die het in het verkeer brengt of toelaat dat het in het verkeer wordt gebracht op een van de in artikel 2, § 1, bedoelde plaatsen zonder dat de burgerrechtelijke aansprakelijkheid waartoe het aanleiding kan geven, gedekt is overeenkomstig deze wet, alsmede de bestuurder van dat motorrijtuig, worden gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot zes maanden en met geldboete van honderd euro tot duizend euro, of met een van die straffen alleen.
De houder en de bestuurder van het motorrijtuig zijn krachtens het eerste lid alleen strafbaar als zij weten dat de burgerrechtelijke aansprakelijkheid waartoe het motorrijtuig aanleiding kan geven, niet gedekt is overeenkomstig deze wet.
§ 2. Hij die snelheids-, regelmatigheids- of behendigheidsritten of -wedstrijden organiseert of eraan deelneemt, zonder dat hij gedekt is door de in artikel 8 bedoelde bijzondere verzekering, wordt gestraft met de straffen gesteld in § 1, eerste lid.