#11 , 30 apr 2011 10:44
Het vervolgingsbeleid werd vastgelegd in de COL 08/2006 met betrekking tot de gemeenschappelijke omzendbrief van de minister van justitie en het college van procureurs-generaal houdende een eenvormig toezichts-, vaststellings-, opsporings- en vervolgingsbeleid betreffende het sturen onder invloed van alcohol, in staat van dronkenschap of in een soortgelijke staat onder meer ten gevolge van het gebruik van drugs of van geneesmiddelen, alsook betreffende de aanwezigheid in het organisme van andere stoffen dan alcohol die de rijvaardigheid beïnvloeden – sturen onder invloed van alcohol – drugs.
"C. SITUATIES WAARIN VERVOLGING VOOR DE POLITIERECHTBANK WORDT AANBEVOLEN
Vervolging voor de politierechtbank wordt aanbevolen:
indien de bestuurder, bedoeld in artikel 38, §5 WPW, welke strafbare alcoholconcentratie (0,22 mg per liter uitgeademde alveolaire lucht – 0,5 g/l bloed of meer) ook vertoont."
Art. 38, §5 Verkeerswet:
"De rechter moet het verval van het recht tot sturen uitspreken en het herstel van het recht tot sturen minstens afhankelijk maken van het slagen voor het theoretisch of praktisch examen indien hij veroordeelt wegens een overtreding begaan met een motorvoertuig die tot een verval van het recht tot sturen kan leiden en de schuldige sinds minder dan twee jaar houder is van het rijbewijs B.
Het eerste lid is niet van toepassing op artikel 38, § 1, 2°, in geval van een verkeersongeval met enkel lichtgewonden.
Het eerste lid is niet van toepassing op de overtredingen van de tweede graad, zoals bedoeld in artikel 29, § 1."