Het juiste antwoord is reeds in 2006 gegeven door scorpioen.
En geloof me die kan het weten
.
U hebt geen keuze het is de rechtbank die beslist.......
Het betreft een vervangende straf die uitgesproken wordt krachtens,
16 MAART 1968. - Wet betreffende de politie over het <wegverkeer>.
Art. 69bis. <Ingevoegd> Voor de toepassing van deze wet en, in afwijking van artikel 40 van het Strafwetboek kan de boete, bij gebreke van betaling binnen de termijn van twee maanden na het arrest of het vonnis, indien het op tegenspraak, of te rekenen van de betekening, indien het bij verstek is gewezen, worden vervangen door een verval van het recht tot het besturen van een motorvoertuig waarvan de duur zal worden bepaald door het vonnis of het arrest van veroordeling, en die niet langer dan een maand en niet korter dan acht dagen zal zijn.
Deze vervangende straf komt in de plaats van de vervangende gevangenisstraf die vroeger werd uitgesproken krachtens:
Strafwetboek
Art. 40. Bij gebreke van betaling binnen twee maanden te rekenen van het arrest of van het vonnis, indien het op tegenspraak, of te rekenen van de betekening, indien het bij verstek is gewezen, kan de geldboete worden vervangen door gevangenisstraf, waarvan de duur bij het vonnis of het arrest van veroordeling wordt bepaald en die zes maanden niet zal te boven gaan voor hen die wegens misdaad, drie maanden voor hen die wegens wanbedrijf, en drie dagen voor hen die wegens overtreding zijn veroordeeld.
In beide wetteksten luidt het: de boete kan worden vervangen door. Voor beide teksten geldt dan ook m.i. dezelfde interpretatie.
Ik heb altijd geleerd dat de veroordeelde niet kan kiezen tussen de geldboete of de plaatsvervangende gevangenisstraf. M.i. geldt dit dus ook voor het plaatsvervangende rijverbod.
scorpioen