#3 , 25 jan 2016 14:29
De logica hierachter ligt niet in die 100%-bescherming (gezien de bescherming ook niet oneindig is als je niet verkozen geraakt), de logica ligt in het begrip sociale vrede. Als teveel verschillende verenigingen van werknemers zich zouden groeperen onder elk een eigen organisatie, zou het voor de werkgever onmogelijk zijn om nodig deftig sociaal overleg te organiseren. Immers, hij zou telkens met nieuwe groeperingen moeten afspreken en zou ook niks kunnen regelen boven het niveau van zijn onderneming (sectoraal).
Daarom heeft men enkele eisen opgesteld om nationaal of sectoraal zich te kunnen organiseren.
Er is een afweging gemaakt tussen voldoende keuze en voldoende representativiteit. 50000 leden betekent dat men in België minder dan 1% van het aantal werknemers (ruime definitie) moet vertegenwoordigen om representatief te zijn. Nu zijn er 3 dergelijke organisaties, voldoende andere organisaties die, als ze zouden willen ook een dergelijke organisatie kunnen opzetten.
De wetgever heeft (democratisch) beslist dat er geen andere kandidaten zich kunnen verkiesbaar stellen, tenzij de organisatie erkend wordt door de regering (in theorie de koning). Dit om een wildgroei en economische instabiliteit te vermijden. In sommige bedrijven zijn er wel degelijk andere werknemersvertegenwoordigingen erkend (NCK bvb, ...). Een democratisch gecontroleerd besluit, reeds enkele malen aangevochten door o.a. het VB, tevergeefs omdat men dit als democratisch beschouwd.
§ 4 - De leden die de meest representatieve werknemersorganisaties
vertegenwoordigen, worden
gekozen onder de kandidaten, op een door die organisaties
voorgedragen dubbele lijst van kandidaten.
Worden als meest representatieve werknemersorganisaties
beschouwd de organisaties die beantwoorden
aan elk van de volgende criteria :
1° voor het gehele land opgericht zijn en een interprofessionele
werking hebben;
2° de absolute meerderheid van sectoren en personeelscategorieën
vertegenwoordigen in de private
en de publieke sector voor zover tevens de meerderheid
van de werknemers vertegenwoordigd is;
3° gedurende de periode van vier jaar voorafgaand
aan de benoemingen voorzien in artikel 5, gemiddeld
ten minste 125 000 betalende leden tellen,
met inbegrip van de leden van de bij haar
aangesloten of geassocieerde organisaties;
4° de belangenverdediging van de werknemers als
statutair doel hebben.
De dertien mandaten voor de meest representatieve
werknemersorganisaties worden onder deze organisaties
verdeeld bij een KB vastgesteld na overleg in de
ministerraad.
voor alle duidelijkheid: de 50k en 125k zijn nodig afhankelijk van de raad waar men wil inzitten, voor een volledige vertegenwoordiging zoals de huidige vakbonden, is 125k nodig, nog steeds maar enkele percenten van het land.