mijn dochter krijgt niks van FOD

[johan1]

hallo iedereen,

ik kreeg voor mijn dochter die leed aan het melas syndroom een attest dat ze 66% invalide ws en ze kreeg 15 punten voor zelfredzaamheid.
de aanvraag werd ingediend in October 2006. Ondertussen is mijn dochter overleden op 29.05.2007.Ik had had ongelooflijk veel medische kosten voor haar en er werd mij gezegd dat ik dat ging kunnen opvangen door de integratietegemoetkoming maar nu blijkt dat ze geen recht heeft omdat ze teveel verdiende in 2005.In 2005 was mijn dochter aan het ziekenfonds en kreeg ze 23,50 € per dag.De medische kosten waren 1700€ per maand niet terugbetaalbaar van het ziekenfonds omdat het ging over sondevoeding en voedinssuplementen zoals coenzym Q10.
kan ik in beroep gaan, krijgt zij dat niet omdat ze overleden is, ik kreeg het nochthans voor mijn echtgenote die overleed aan dezelfe ziekte op 24.05.2006.Ik versta er niks meer van....

groetjes,
johan

[ecvcaute]

Woonde uw dochter op hetzelfde adres?

In dat geval is Art.7,$ 1, eerste lid van toepassing. Geen huishouden tussen bloed-of aanverwanten tot de eerste, tweede of derde graad. Betrokkene valt daardoor in categorie A. De inkomensgrenzen die dan gehanteerd worden, zijn die van categorie A (het basisbedrag van ongeveer 5500 euro) en dat alleen voor het inkomen van de gehandicapte.

Voor een echtgenoot is er wel de toepassing van het huishouden. Categorie C. Met als inkomensgrens het met 100% verhoogd basisbedrag (ongeveer 11000 euro dus) en dat toegepast ten aanzien van beide partners.

Ik voldoe eveneens aan de medische voorwaarden voor integratietegemoetkoming. Maar doordat ik samenwoon met mijn moeder (bloedverwant eerste graad) en mijn inkomen meer bedraagt dan 5500 euro, krijg ik geen tegemoetkoming.

Ik heb die verschillende behandeling - louter op grond van het formele criterium van bloed- of aanverwantschap - bij de Arbeidsrechtbank aangeklaagd wegens schending van het grondwettelijk gelijkheidsbeginsel (art. 10 en 11 GW.) maar ongelijk gekregen. Het onderscheid is volgens de Rechtbank gerechtvaardigd omwille van de mantelzorg. Bloed- en aanverwanten met dezelfde hoofdverblijfplaats moeten het maar zien te rooien met de middelen die ze hebben.