Binnenkort heb ik een examen sociaal recht. Mijn prof heeft mij een voorbeeldexamen van twee jaar geleden geven. Daarin vond ik onderstaande oefening. Kan iemand mij zeggen hoe ik deze oefening kan oplossen (misschien a.d.h.v. een website die duidelijk de regels weergeeft omtrent de ziekteverzekering,...), want spijtig genoeg staat er in mijn cursus niets over de berekening.
Oefening:
Mevrouw Vandekerckhove, alleenstaande bediende met 1,5 jaar anci?nniteit en een maandloon van 2100 EUR (bruto), wordt arbeidsongeschikt, van maandag 31 januari 2005 tot en met zondag 2 april 2006. Op welke loonvervangende uitkeringen heeft zij achtereenvolgens recht? (Noem ze + bereken de precieze bedragen.)
Alvast bedankt!