#2 , 30 mei 2018 12:40
Beste
In uw bericht meldt u dat u een gezinspensioen ontvangt. Dit betekent dat u een pensioen als werknemer en/of als zelfstandige ontvangt. Deze pensioenstelsels kennen een regeling in geval van scheiding.
Indien uw echtgenote gedomicilieerd staat op het adres van het WZC, wordt u door de pensioenkas als "feitelijk gescheiden" aanzien. In dat geval hebben u en uw echtgenote in principe ieder recht op de helft van het gezinspensioen. Dit betekent dat uw pensioeninkomen daalt, maar dat uw echtgenote een groter inkomen verkrijgt. (In de meeste gevallen is dit vanaf het jaar volgend op de "feitelijke scheiding" fiscaal voordeliger.)
Indien uw echtgenote ten minste 65 jaar is, kan zij eventueel recht hebben op een financiële bijpassing door de pensioenkas: de Inkomensgarantie voor Ouderen. Dit moet aangevraagd worden bij de pensioenkas. Meestal helpt de sociale dienst van het WZC hierbij.
Indien u minstens 65 jaar bent, kan u ook eventueel recht verkrijgen op deze IGO. Ook u moet dan een aanvraag indienen. Een aanvraag voor IGO is persoonlijk.
Vooraleer een IGO wordt toegekend, wordt er door de pensioenkas een grondig onderzoek gedaan naar uw bestaansmiddelen: naar uw inkomsten en bezittingen.
Momenteel bedraagt de IGO voor een alleenstaande 1 083,28 euro. (Een rusthuisbewoner wordt als alleenstaande aanzien). Indien u aan alle voorwaarden voldoet, zou u beiden kunnen beschikken over een inkomen van iets meer dan 1 083 euro (er zijn een aantal vrijstellingen).
Deze inlichtingen zijn louter informatief.
Met vriendelijke groeten
Felix Van Cakenberghe
Pensioendeskundige DVZ A'pen