Statuut extra inkomsten uit auteursrechten, licenties, e.d.

Piro
Topic Starter
Berichten: 7
Juridisch actief: Nee

Statuut extra inkomsten uit auteursrechten, licenties, e.d.

#1 , 26 mei 2018 18:33

Stel, ik ben op pensioen en heb extra inkomsten uit:

1. Het verlenen van een licentie voor het gebruik van een uitvinding (via een bedrijf)
2. Het ontvangen van royalties op de verkoop van een door mij geschreven boek (via een uitgeverij)
3. Het ontvangen van auteursrechten voor muziek die ik gecomponeerd heb (via SABAM bvb)

Vraag: is het als gepensioneerde noodzakelijk dat ik hiervoor zelfstandige ben (sociale bijdragen) of kan ik dit gewoon ontvangen en uiteraard aangeven bij belastingaangifte, pensioendienst, enz.
Veel dank alvast voor opheldering.

Jureca
Juridisch actief: Ja
Regio: België

Een juridische oplossing. Voor elk probleem, voor iedereen!

Benieuwd naar jouw juridische opties? Jureca begeleidt jou aan de geschikte oplossing. Klik hier om jouw situatie te beschrijven en we nemen binnen de 24 uur met jou contact op voor persoonlijke begeleiding
LeenW
Berichten: 12828

#2 , 26 mei 2018 18:51

Dat moet via zelfstandige activiteit, u moet immers btw rekenen.

Piro
Topic Starter
Berichten: 7
Juridisch actief: Nee

#3 , 26 mei 2018 21:58

Bedankt voor je reactie maar ik heb zware twijfels daarover, vandaar mijn vraag.
Het is geen handel. Op auteursrechten bv. wordt geen btw gerekend en daar hoef ik ook geen factuur voor te maken aan SABAM. De "gewone" regels ken ik wel.

Reclame

zibarrie
Berichten: 133

#4 , 27 mei 2018 15:48

Programmawet 24/12/2002, zie hoofdstuk 11

" § 2. Onder " het leveren van artistieke prestaties en/of het produceren artistieke werken " dient te worden verstaan de creatie en/of uitvoering of interpretatie van artistieke oeuvres in de audiovisuele en de beeldende kunsten, in de muziek, de literatuur, het spektakel, het theater en de choreografie"

Vanaf 1 juli 2003 is elke persoon die in opdracht een artistieke prestatie levert een werknemer.

U kan dit ook als zelfstandige doen maar is geen verplichting.

Piro
Topic Starter
Berichten: 7
Juridisch actief: Nee

#5 , 28 mei 2018 18:03

Bedankt.
Het is echter geen artistieke prestatie in opdracht, het zijn auteursrechten op door anderen uitgevoerde of geproduceerde werken, die door mij zijn gecomponeerd, geschreven, e.d. Dus volgens mij geen werknemer-situatie. Ook voor een licentie op een uitvinding is het geen opdracht, maar een vergoeding voor het gebruik van die uitvinding. Heel specifiek, dus mijn vraag blijft.

Mathieu Rutten

#6 , 29 mei 2018 05:32

Beste,

http://www.journalistenloket.be/vademec ... erdienste/

Groetjes,

Thieu Rutten
pensioendeskundige

Piro
Topic Starter
Berichten: 7
Juridisch actief: Nee

#7 , 30 mei 2018 10:05

Bedankt.
Specifiek voor journalistiek en verder veel info over hoeveel men mag bijverdienen.
Voor de 3 statutaire aspecten heb ik dus nog wat zoekwerk ....

Felix VC
Berichten: 411
Juridisch actief: Nee
Locatie: Antwerpen

#8 , 30 mei 2018 12:27

Beste

Pensioen en "scheppen van wetenschappelijke werken of tot stand brengen van artistieke scheppingen"

Het is niet vereist dat het scheppen van wetenschappelijke werken of het tot stand brengen van een artistieke schepping de enige beroepsactiviteit is.

Hieruit volgt dat de pensioengerechtigde een beroepsactiviteit als loontrekkende mag uitoefenen, gecombineerd met een beroepsactiviteit van bijvoorbeeld kunstschilder. Indien de activiteit als kunstschilder wordt aanvaard als artistieke activiteit, moet het inkomen uit de activiteit als kunstschilder buiten beschouwing blijven en gelden de grensbedragen bijgevolg enkel voor de beroepsinkomsten uit de activiteit als werknemer.

Principe
Artikel 64, § 2, F van het KB van 21 december 1967 bepaalt dat een pensioengerechtigde een beroepsactiviteit mag uitoefenen die bestaat in het scheppen van wetenschappelijke werken of het tot stand brengen van een artistieke schepping, mits een loutere voorafgaande verklaring, wanneer deze activiteit geen weerslag heeft op de arbeidsmarkt en voor zover de gerechtigde geen handelaar is in de zin van het Wetboek van Koophandel.
Er wordt een onderscheid gemaakt tussen de gepensioneerde die een activiteit uitoefent waarbij een creatieve inbreng vereist is, maar die eerder als hobby kan worden beschouwd, en anderzijds de gepensioneerde die als kunstenaar of als wetenschapper prestaties levert.
Bij de eerste categorie gaat het om mensen, eventueel in verenigingsverband, die op een creatieve manier actief blijven, zonder enige bedoeling om winst te maken. Soms genieten zij een onkostenvergoeding, waarvan het bedrag het grensbedrag niet overschrijdt. Zij hebben noch het statuut van werknemer, noch van zelfstandige, en vallen niet onder de bepalingen betreffende het sociaal statuut van de kunstenaars.

Het begrip “scheppen van wetenschappelijk werk of het tot stand brengen van een artistieke schepping”

Het begrip werd vanaf 1 januari 1993 ingevoerd om het statuut van artiesten te verbeteren.
Het gaat niet uitsluitend om de productie van originele werken die het resultaat zijn van de wetenschappelijke kennis, het talent en de verbeelding van de auteur, maar ook om de artiest die een werk uitvoert of vertolkt (de acteur, de musicus, de danser, …) indien hij een specifieke inbreng heeft aan de realisatie van een artistieke creatie.
Vanaf 1 juli 2003 wordt elke persoon die, in opdracht een artistieke prestatie levert, als werknemer beschouwd. Diegene die het wenst en die er reden toe heeft, kan zich als zelfstandige vestigen.

Geen handelaar
“Geen handelaar in de zin van het Wetboek van Koophandel” is een juridisch welomschreven begrip zonder interpretatieproblemen.
De beoordeling ervan gebeurt door het RSVZ en uitsluitend wanneer de artiest opteert om zijn activiteit in de hoedanigheid als zelfstandige uit te oefenen.

Geen weerslag op de arbeidsmarkt
De programmawet van 24-12-2002 maakt het algemeen regime van sociale zekerheid voor werknemers van toepassing op alle kunstenaars die artistieke prestaties leveren en/of artistieke werken produceren in opdracht van een natuurlijke of rechtspersoon, en die niet verbonden zijn door een arbeidsovereenkomst.

Voorafgaandelijke verklaring
Voor een beroepsbezigheid die bestaat in het scheppen van wetenschappelijke werken of het tot stand brengen van een artistieke schepping, bestaat een voorafgaandelijke aangifteplicht. Dit voor:
• personen jonger dan 65 jaar;
• 65-plussers die uitsluitend een overlevingspensioen ontvangen
• echtgenoten van pensioentitularissen gerechtigd op een gezinspensioen.
Deze aangifte moet gebeuren aan iedere pensioenkas waarvan de gerechtigde een pensioen geniet.

Verwerking door de pensioenkas
Wanneer de gepensioneerde verklaart een artistieke of wetenschappelijke activiteit uit te oefenen, waarvan het niet louter om een hobby gaat en de inkomsten niet worden beperkt tot de wettelijke grenzen, wordt het dossier overgemaakt aan de dienst Controle om een eenvormige interpretatie te bekomen van het begrip “artistieke of wettenschappelijke activiteit”.
Indien nodig wordt een brief waarin bijkomende informatie wordt gevraagd, verzonden aan de gepensioneerde.

Notificatie van kennisgeving
Na onderzoek door de pensioenkas wordt de gepensioneerde in kennis gesteld van de beslissing of de activiteit wel dan niet valt onder een wetenschappelijke of artistieke activiteit.
De gepensioneerde beschikt over de mogelijkheid om tegen deze beslissing beroep aan te tekenen bij de Arbeidsrechtbank.

Deze inlichtingen zijn louter informatief.

Met vriendelijke groeten
Felix Van Cakenberghe
Pensioendeskundige DVZ A'pen

Piro
Topic Starter
Berichten: 7
Juridisch actief: Nee

#9 , 30 mei 2018 21:04

Hartelijk dank voor deze uitleg.

Toch vind ik het niet gemakkelijk te interpreteren in de praktijk.

Bij een normaal pensioen zou men het dan niet op voorhand moeten aangeven?
Stel dat ik een boek schrijf en het wordt uitgegeven, maar geen idee of het wat gaat opbrengen (= hobby?). Opeens wordt het een bestseller en krijg ik van de uitgeverij een vette cheque aan auteursrechten. Dan ben ik ineens professioneel bezig en dus artistieke activiteit? Dat is niet op voorhand te weten. Dit geldt ook voor muziek of uitvindingen, steeds niet in opdracht.
Zou men dat dan moeten aangeven ivm statuut, en zo ja, wat, hoe, wanneer?

Het klinkt misschien wat vergezocht, maar ik wil me op voorhand goed informeren zodat het conform de regels is.

Felix VC
Berichten: 411
Juridisch actief: Nee
Locatie: Antwerpen

#10 , 31 mei 2018 08:01

Beste

Voor wat uw pensioen betreft: het scheppen van wetenschappelijk en/of artistiek werk is inderdaad vaak interpreteerbaar. Daarom neem je best vooraf contact op met de pensioenkas. Je dossier wordt dan individueel bekeken, en vaak worden er individuele afspraken gemaakt.

Je statuut: of je je moet inschrijven als zelfstandige? Hierop kan ik niet antwoorden. Deze vraag heeft geen betrekking op de pensioenreglementering.
Hiervoor kan je contact opnemen met een sociaal verzekeringsfonds. Zij kunnen je informeren over de wetgeving betreffende het sociaal statuut van de zelfstandige.

Met vriendelijke groeten
Felix Van Cakenberghe
Pensioendeskundige DVZ A'pen

Felix VC
Berichten: 411
Juridisch actief: Nee
Locatie: Antwerpen

#11 , 31 mei 2018 15:06

Beste

De brochure "Cumulatie met pensioenen van het ambtenarenstelsel" vermeldt op pagina 10:
"Een wetenschappelijke of artistieke schepping die wordt bezoldigd in de vorm van auteursrechten of vergoedingen voor een gedeponeerd merk, is toegelaten zonder inkomensbeperking."

Er geldt wel als voorwaarde dat je dit vooraf moet melden aan de pensioenkas.

De regels betreffende toegelaten arbeid gelden ook in het pensioenstelsel van de werknemers en in dit van de zelfstandigen.

Deze inlichtingen zijn louter informatief.

Met vriendelijke groeten
Felix Van Cakenberghe
Pensioendeskundige DVZ A'pen

Piro
Topic Starter
Berichten: 7
Juridisch actief: Nee

#12 , 31 mei 2018 20:07

Bedankt voor uw toelichting.
Dit maakt het veel duidelijker.
Dat men vooraf kan "overleggen" met de pensioenkas en dus niet alles op voorhand perfect in vaste regels moet passen zoals ik dacht, is interessant en lijkt me wel logisch voor sommige gevallen.

Beste groeten,
Piro

Mathieu Rutten

#13 , 02 jun 2018 05:59

Beste,

Zonder afbreuk te doen aan het antwoord van mijn collega Felix en zoverre als nodig, nog een ruimere uitleg.
2.5. Beroepsactiviteit die bestaat in het scheppen van wetenschappelijke werken of het tot stand brengen van een artistieke schepping.

Het is niet vereist dat het scheppen van wetenschappelijke werken of het tot stand brengen van een artistieke schepping de enige beroepsactiviteit is. Hieruit volgt dat de pensioengerechtigde een beroepsactiviteit als loontrekkende mag uitoefenen, gecombineerd met een beroepsactiviteit bv. als kunstschilder. Indien de activiteit als kunstschilder wordt aanvaard als artistieke activiteit, moet het inkomen uit zijn activiteit als kunstschilder buiten beschouwing gelaten worden en gelden enkel voor zijn beroepsactiviteit als loontrekkende de jaarbedragen.

2.5.1. Principe :

Artikel 64 §2, F van het KB van 21 december 1967 bepaalt : “ De pensioengerechtigde mag, mits loutere voorafgaande verklaring, een beroepsactiviteit uitoefenen die bestaat in het scheppen van wetenschappelijke werken of het tot stand brengen van een artistieke schepping en die geen weerslag heeft op de arbeidsmarkt, voor zover hij geen handelaar is in de zin van het Wetboek van koophandel.”

Er moet een onderscheid gemaakt worden tussen, enerzijds de gepensioneerde die een activiteit uitoefent waarbij een creatieve inbreng is vereist, maar die eerder als hobby kan worden beschouwd, en anderzijds de gepensioneerde die als kunstenaar of als wetenschapper prestaties levert.

Bij de eerste categorie gaat het om mensen, eventueel in verenigingsverband, die op een creatieve manier actief blijven, zonder enige bedoeling om winst te maken. Soms genieten zij een onkostenvergoeding, waarvan het bedrag het grensbedrag niet overschrijdt. Zij hebben noch het statuut van werknemer, noch van zelfstandige en vallen niet onder de bepalingen van hoofdstuk 11 van titel II van de Programmawet van 24.12.2002 (BS 31.12.2002) betreffende het sociaal statuut van de kunstenaars.

Voorbeelden :

- de gepensioneerde die met vrienden een muziekorkestje vormt dat sporadisch optreedt, hetzij benefiet, hetzij tegen onkostenvergoeding, zonder enige commerciële bedoeling.
- de gepensioneerde die zijn hobby als schilder of beeldhouwer uitoefent en af en toe een werk verkoopt zonder enig commercieel oogpunt en zonder de toegelaten grensbedragen te overschrijden.

De meeste aangiftes artistieke activiteit betreffen deze categorie. Indien, na het eventueel inwinnen van inlichtingen, blijkt dat de activiteit onder deze categorie kan ondergebracht worden, volstaat een brief aan betrokkene waarin wordt meegedeeld dat deze activiteit cumuleerbaar is met het pensioen.


2.5.1.1. Het begrip «Het scheppen van wetenschappelijke werken of het tot stand brengen van een artistieke schepping »

Dit begrip is van toepassing vanaf 1 januari 1993 en werd ingevoerd om het statuut van artiest te verbeteren.

De wetgever heeft een einde willen stellen aan de beperkte interpretatie door de administratie dat enkel de schepper van een artistiek werk (zoals de kunstschilder, de componist, de schrijver,…) een pensioen kan genieten ongeacht de inkomsten die voortvloeien uit de artistieke activiteit.
Het gaat niet uitsluitend om de productie van originele werken die het resultaat zijn van de wetenschappelijke kennis, het talent en de verbeelding van de auteur, maar tevens om de artiest die een werk uitvoert of vertolkt ( de acteur, de musicus, de danser,…) indien hij een specifieke inbreng heeft aan de realisatie van een artistieke creatie.

Zie hoofdstuk 11 van titel II van de Programmawet van 24/12/2002 (BS 31/12/2002) betreffende het sociaal statuut van de kunstenaars, waarin de definitie wordt gegeven van « het leveren van artistieke prestaties en/of het produceren van artistieke werken » : « de creatie en/of uitvoering of interpretatie van artistieke oeuvres in het audiovisuele en de beeldende kunsten, in de muziek, de literatuur, het spektakel, het theater en de choreografie. »

Ter herinnering : vanaf 1 juli 2003 zal elke persoon die, in opdracht een artistieke prestatie levert, als werknemer worden beschouwd. Diegene die het wenst en die er reden toe heeft, kan zich als zelfstandige vestigen.

2.5.1.2. Geen handelaar in de zin van het Wetboek van koophandel.

Dit is een juridisch welomschreven begrip zonder interpretatieproblemen. De beoordeling ervan gebeurt door het RSVZ en uitsluitend wanneer de artiest opteert om zijn activiteit in de hoedanigheid van zelfstandige uit te oefenen.

2.5.1.3. Geen weerslag op de arbeidsmarkt.

Dit is een soms moeilijk te definiëren begrip, dat niet nader bepaald werd in de reglementering.

De vroeger aangehouden administratieve praktijk dat het begrip « geen weerslag op de arbeidsmarkt » onlosmakelijk verbonden is met het feit dat de beroepsactiviteit niet in uitvoering van een arbeidsovereenkomst mocht uitgevoerd worden, is onwettelijk en als motivering niet dienend om iemand uit het toepassingsgebied van artikel 64 § 2 F te sluiten (brief van de Minister van Pensioenen dd 14 juli 1995).

Zo kan men schouwspelartiesten onder artikel 64 § 2, F laten vallen op voorwaarde dat ze een specifieke inbreng hebben bij de totstandkoming van de artistieke schepping en/of op een artistieke manier gestalte geven aan het kunstwerk, zelfs als ze niet de auteur zijn, ondanks de vaste rechtsspraak van het Hof van Cassatie dat de schouwspelartiesten hun activiteit uitoefenen in het kader van een arbeidsovereenkomst.

Inderdaad, sinds 1 juli 2003 is het sociaal en fiscaal statuut van de Belgische kunstenaar gewijzigd. Het onderscheid tussen schepper en vertolker van artistieke creaties is verdwenen : ieder persoon die artistieke prestaties levert in opdracht wordt beschouwd als werknemer. De programmawet van 24/12/2002 maakt het algemeen regime van sociale zekerheid voor werknemers van toepassing op alle kunstenaars die artistieke prestaties leveren en/of artistieke werken produceren in opdracht van een natuurlijke of rechtspersoon en die niet verbonden zijn door een arbeidsovereenkomst. Bovendien kan de kunstenaar, indien hij dit wenst, zich vestigen als zelfstandige : hij heeft de keuze tussen het statuut van werknemer of dat van zelfstandige.

2.5.2. De te volgen procedure bij een verklaring van artistieke of wetenschappelijke activiteit

Wanneer de gepensioneerde verklaart een artistieke of wetenschappelijke activiteit uit te oefenen, waarvan blijkt dat het niet louter om een hobby gaat en de inkomsten niet worden beperkt tot de wettelijke grenzen, moet het dossier worden verzonden naar de dienst controle om een eenvormige interpretatie te bekomen van het begrip “artistieke of wetenschappelijke activiteit”.

2.5.2.1. Verklaring

Voor een beroepsbezigheid die bestaat in het scheppen van wetenschappelijke werken of het tot stand brengen van een artistieke schepping, blijft de voorafgaande aangifteplicht bestaan, zowel bij personen jonger dan 65 jaar, als bij 65 plussers die uitsluitend overlevingspensioen ontvangen of voor echtgenoten van titularissen gerechtigd op gezinspensioen.

2.5.2.2. Onderzoek van de verklaring

De Rijksdienst voor Pensioenen baseert zich op de verklaringen van de gepensioneerde (model 74, briefwisseling, elk ander document verstrekt door de gepensioneerde,…).

Indien nodig wordt een brief waarin bijkomende informatie wordt gevraagd, verzonden aan de gepensioneerde.

De gepensioneerde moet er attent worden op gemaakt dat indien hij een pensioen van een andere instelling dan de RVP of het RSVZ geniet, met deze instelling moet contact opnemen voor de beoordeling van de aard van zijn activiteit.


2.5.2.3. De hoedanigheid van zelfstandige

De Rijksdienst bezorgt het dossier aan het RSVZ indien het om een activiteit als zelfstandige gaat. De bewijslast ligt in dit geval uitsluitend bij het RSVZ. De gewestelijke bureaus van het RSVZ zullen een onderzoek ter plaatse uitvoeren en alle noodzakelijke informatie verzamelen om een beslissing te treffen.
Zodra het RSVZ in het betrokken dossier een beslissing heeft genomen, zal het RSVZ haar beslissing meedelen aan de RVP (als betrokkene een pensioen als werknemer geniet).
Het is duidelijk dat, indien het een activiteit als werknemer betreft, het RSVZ niet moet ondervraagd worden. De Rijksdienst deelt eveneens haar beslissing mee aan het RSVZ indien betrokkene een pensioen als zelfstandige geniet.


2.5.2.4. Notificatie van de kennisgeving aan de gepensioneerde

Na onderzoek door de Rijksdienst (en na het eventuele advies van het RSVZ), wordt de gepensioneerde in kennis gesteld van de beslissing door de Rijksdienst.
De gemotiveerde beslissing moet worden ondertekend door een attaché. De gepensioneerde beschikt over de mogelijkheid om tegen deze beslissing beroep in te stellen bij de arbeidsrechtbank.

Groetjes,

Thieu Rutten
pensioendeskundige

Piro
Topic Starter
Berichten: 7
Juridisch actief: Nee

#14 , 08 jun 2018 10:20

Vriendelijk dank voor deze extra informatie.
Piro

Terug naar “Pensioenen”