#3 , 26 apr 2018 08:30
Beste
Een IGO (Inkomensgarantie voor Ouderen) is een bijstandsregeling en geen pensioenwetgeving, zodat er voor de IGO toch wel andere voorwaarden gelden.
Eén van de voorwaarden om recht te hebben op IGO is: slechts over beperkte bestaansmiddelen beschikken.
In het kader van een bestaansmiddelenonderzoek wordt er rekening gehouden met de opbrengst van verkoop van onroerende goederen gedurende een periode van 10 jaar vóór de ingangsdatum van de IGO.
De gezinswoning werd onlangs verkocht, zodat de pensioenkas inderdaad rekening moet houden met de opbrengst. Zolang niet duidelijk is hoeveel betrokkene exact van deze verkoop zal krijgen, kan de pensioenkas geen berekening maken.
Bij de bepaling van de bestaansmiddelen wordt er ook geen rekening gehouden met het volledige bedrag van de verkoop. Er is een vrijstelling voorzien indien het de verkoop van het woonhuis en de enige eigendom betreft, verder wordt slechts rekening gehouden met een percentage van de opbrengst. De exacte bedragen en percentages kan je op de website van de pensioenkas (FPD) vinden.
Zoals aangegeven is een IGO een bijstandsregeling, net zoals het leefloon. Hiervoor worden geen bijdragen betaald, maar het wordt betaald uit de solidariteit van de hele gemeenschap (belastinggeld zeg maar).
Vermits er geen bijdragen tegenover staan, is het logisch dat men streng en spaarzaam met deze middelen omgaat. De IGO is niet bedoeld om de eventuele spaarpot van gepensioneerden te beschermen, maar is bedoeld om gepensioneerden met beperkte bestaansmiddelen bij te staan.
Uw familielid beschikt waarschijnlijk over voldoende bestaansmiddelen (pensioen + opbrengst verkoop woning), alleen is momenteel een gedeelte van deze bestaansmiddelen geblokkeerd omwille van zijn situatie.
Het klinkt hard, maar de wet gaat ervan uit dat het de verantwoordelijkheid van uw familielid is om een oplossing te vinden voor de eigen situatie, zodat hij wel aan zijn centen kan.
Ondertussen betaalt de pensioenkas wel zijn pensioen uit. Enkel het OCMW is bevoegd om eventueel verder financiële steun (geen leefloon) te verlenen.
Het klopt evenwel niet dat uw familielid pas binnen 10 jaar een nieuwe aanvraag mag indienen.
Er wordt wel gedurende 10 jaar rekening gehouden met de opbrengst uit een verkoop.
Maar, zodra uw familielid weet hoeveel hij exact krijgt uit de verkoop van de gezinswoning, kan hij een nieuwe aanvraag indienen bij de pensioenkas.
Deze inlichtingen zijn louter informatief.
Met vriendelijke groeten
Felix Van Cakenberghe
Pensioendeskundige DVZ A'pen