Pensioen ex

NikkieVM
Topic Starter
Berichten: 2
Juridisch actief: Nee

Pensioen ex

#1 , 25 sep 2017 12:36

Ik ben in 2005 gescheiden na meer dan 30 jarig huwelijk. Ik ben ambtenaar. Mijn ex werkte in de privé. Ik heb tijdens het huwelijk 23 jaar halftijds gewerkt. Heb ik recht op een deel van zijn pensioen over de periode dat ik halftijds heb gewerkt?

Jureca
Juridisch actief: Ja
Regio: België

Een juridische oplossing. Voor elk probleem, voor iedereen!

Benieuwd naar jouw juridische opties? Jureca begeleidt jou aan de geschikte oplossing. Klik hier om jouw situatie te beschrijven en we nemen binnen de 24 uur met jou contact op voor persoonlijke begeleiding

zibarrie
Berichten: 133

#3 , 25 sep 2017 23:12

Je mag geen eigen pensioenrechten hebben in een ander stelstel voor hetzelfde kalenderjaar. Voor die 23 jaar dat u als ambtenaar werkte dus al zeker niet.

Reclame

Mathieu Rutten

#4 , 26 sep 2017 05:50

Een kleine aanvulling op Zibarie. Tenzij je er aan verzaakt, bv. als het eigen recht lager zou liggen dan het afgeleid recht wettige scheiding.

Groetjes,

Thieu Rutten
pensioendeskundige.

NikkieVM
Topic Starter
Berichten: 2
Juridisch actief: Nee

#5 , 02 okt 2017 16:38

Het is mij echt niet duidelijk.
Ik had de vraag ook gesteld aan Mypension.
Dit is hun antwoord :
Een niet hertrouwde, uit de echt gescheiden echtgeno(o)t(e) kan, naast zijn / haar rechten op pensioen voor
de eigen tewerkstelling als werknemer, ook pensioenrechten laten gelden op grond van de tewerkstelling
van de gewezen echtgeno(o)t(e) gedurende de huwelijksjaren waarin hij / zij zelf geen of minder
pensioenrechten heeft verworven. Bijkomende voorwaarde is dat hij / zij niet uit de ouderlijke macht is
ontzet is en niet is veroordeeld omdat hij / zij de echtgeno(o)t(e) naar het leven heeft gestaan.(artikel 75 en
volgende van het koninklijk besluit van 21 december 1967)
Voor de berekening van het pensioen wordt rekening gehouden met 62,5 % van het bruto jaarloon van de
gewezen echtgeno(o)t(e), verminderd met het loon van het overeenstemmende jaar waarvoor de aanvrager
ingevolge persoonlijke prestaties zelf aanspraak kan maken op een rustpensioen als werknemer.
In geval van echtscheiding blijven ook de eigen rustpensioenen als alleenstaande behouden.
De kalenderjaren met periodes waarvoor men een persoonlijk rustpensioen verkrijgt in een andere
Belgische of buitenlandse pensioenregeling worden niet in aanmerking genomen bij de vaststelling van het
pensioen als uit de echt gescheiden echtgeno(o)t(e), tenzij men verzaakt aan dat persoonlijke rustpensioen.
Het pensioen als uit de echt gescheiden echtgenote kunt u bekomen van als u de leeftijd bereikt om uw
persoonlijke pensioenrechten te laten gelden.

sloeberken
Berichten: 10285
Locatie: Erpe Mere

#6 , 02 okt 2017 16:53

.(artikel 75 en volgende van het koninklijk besluit van 21 december 1967)
Zou dit artikel niet reeds lang vervangen zijn door een ander.
Kennis is nog geen wijsheid, dit komt door de jaren.

zibarrie
Berichten: 133

#7 , 02 okt 2017 20:27

Ik begrijp de verwarring niet helemaal.

Jij was ambtenaar zeg je, dus bouw je pensioenrechten op in een ander stelstel dan werknemer. Dan is deze paragraaf op u van toepassing:
De kalenderjaren met periodes waarvoor men een persoonlijk rustpensioen verkrijgt in een andere
Belgische of buitenlandse pensioenregeling worden niet in aanmerking genomen bij de vaststelling van het
pensioen als uit de echt gescheiden echtgeno(o)t(e), tenzij men verzaakt aan dat persoonlijke rustpensioen
Zodus de jaren waarin u gehuwd was én u een loopbaan als ambtenaar hebt, komen niet in aanmerking = geen recht op echtscheidingspensioen.
(tenzij u afstand doet van uw pensioen als ambtenaar).

Mathieu Rutten

#8 , 03 okt 2017 06:31

Sloeberken,

speciaal voor jou:

21 DECEMBER 1967. - Koninklijk besluit tot vaststelling van het algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers.
(NOTA : art. 18 gewijzigd met ingang op een onbepaalde datum bij <KB 2010-01-20/05, art. 6, 075; Inwerkingtreding : onbepaald>)
(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 06-10-1984 en tekstbijwerking tot 08-08-2017)

Publicatie : 16-01-1968 nummer : 1967122103 bladzijde : 441
Dossiernummer : 1967-12-21/01
Inwerkingtreding : 01-11-1967
HOOFDSTUK XIII. _ De toekenning van het rustpensioen (aan de uit de echt gescheiden echtgenoot). <KB 1984-09-20/31, art. 41, 002>

Art. 75. <KB 1984-09-20/31, art. 42, 002> Het genot van de pensioenregeling voor werknemers kan eveneens verkregen worden door de niet hertrouwde uit de echt gescheiden echtgenoot van een werknemer, zo hij niet ontzet is geweest van de ouderlijke macht of niet veroordeeld werd om diegene die zijn echtgenoot was naar het leven te hebben gestaan.

Art. 76. (Het rustpensioen van de in artikel 75 beoogde personen wordt verworven onder dezelfde voorwaarden alsof de gescheiden echtgenoot zelf een activiteit als werknemer zou hebben uitgeoefend tijdens de duur van zijn huwelijk met de gewezen echtgenoot.) <KB 1984-09-20/31, art. 43, 1°, 002>
(De rechten van de in artikel 75 beoogde personen worden ambtshalve onderzocht wanneer zij op het ogenblik van de echtscheiding de toepassing van artikel 74 genoten en wanneer zij, naar gelang het geval, de leeftijd bedoeld in de artikelen 2, § 1, 3 en 4, § 1 van het koninklijk besluit van 23 december 1996 tot uitvoering van de artikelen 15, 16 en 17 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels hebben bereikt en voor zover in het laatste geval voldaan is aan de bepalingen van artikel 4, §§ 2, 3 en 4 van hetzelfde koninklijk besluit of wanneer voor hen, die tenminste de leeftijd van 60 jaar hebben bereikt, het recht op rustpensioen krachtens een andere Belgische wettelijke pensioenregeling is geopend op de eerste dag van de maand volgend op de overschrijving van de echtscheiding in de registers van de burgerlijke stand.) <KB 1997-07-09/32, art. 10, 034; Inwerkingtreding : 01-07-1997>
(De in het voorgaande lid beoogde personen kunnen tevens vanaf de datum waarop zij in kennis zijn gesteld van de rechterlijke beslissing waarbij de echtscheiding wordt uitgesproken, een aanvraag indienen in de vormen voorzien bij (de afdelingen 2 en 3 van hoofdstuk II van dit besluit). Voor zover het onderzoek van ambtswege niet mogelijk is heeft deze aanvraag uitwerking op de eerste dag van de maand die volgt op deze waarin de aanvraag is ingediend en ten vroegste op de eerste dag van de maand volgend op de overschrijving van de echtscheiding in de registers van de burgerlijke stand.) <KB 1997-07-09/32, art. 10, 034; Inwerkingtreding : 01-07-1997> <KB 1997-08-08/05, art. 4, 036; Inwerkingtreding : 19-11-1997>
(Lid 4 opgeheven) <KB 1997-07-09/32, art. 10, 034; Inwerkingtreding : 01-07-1997>

Art. 77.<KB 12-05-1975, art. 3> Voor de berekening van het rustpensioen beoogd in artikel 76, wordt rekening gehouden met een loon waarvan het jaarbedrag gelijk is aan 62,5 t.h. van het overeenstemmend jaarloon dat in aanmerking zou moeten genomen worden voor de berekening van het pensioen van de gewezen echtgenoot indien hij op hetzelfde ogenblik zijn pensioenrechten zou laten gelden. Dit loon wordt evenwel verminderd met het loon van het overeenstemmend jaar waarvoor betrokkene ingevolge persoonlijke prestaties aanspraak kan maken op een rustpensioen als werknemer.
[1 Voor de toepassing van artikel 5, § 1, derde en vierde lid van het koninklijk besluit van 23 december 1996 en artikel 10bis van het koninklijk besluit nr.50 wordt rekening gehouden:
1° met het aantal voltijdse dagequivalenten gepresteerd en gelijkgesteld met betrekking tot de jaren van de beroepsloopbaan van de gewezen echtgenoot die recht geven op het pensioen van de uit de echt gescheiden echtgenoot, wanneer de betrokkene geen aanspraak kan maken op een persoonlijk rustpensioen voor werknemers voor dezelfde jaren;
2° met het hoogste aantal voltijdse dagequivalenten gepresteerd en gelijkgesteld met betrekking ofwel tot de jaren van de beroepsloopbaan van de gewezen echtgenoot ofwel op de jaren van de beroepsloopbaan van de betrokkene, wanneer deze laatste aanspraak kan maken op een persoonlijk rustpensioen voor werknemers voor de jaren die eveneens recht geven op het pensioen van de uit de echt gescheiden echtgenoot.]1
----------
(1)<KB 2014-06-29/05, art. 1, 086; Inwerkingtreding : 01-01-2015>

Art. 78. <KB 1984-09-20/31, art. 44, 002> Voor de jaren waarvoor de uit de echt gescheiden echtgenoot een rustpensioen of een als zodanig geldend voordeel kan verkrijgen krachtens een andere Belgische regeling, krachtens een regeling van een vreemd land, of krachtens een regeling van toepassing op het personeel van een volkenrechtelijke instelling, kan hij slechts aanspraak maken op de beschikkingen van dit besluit indien hij aan het ander pensioen of als zodanig geldend voordeel, verworven voor een tewerkstelling tijdens die jaren, verzaakt.
(Er wordt geen rekening gehouden met de jaren gelegen na 31 december van het jaar voorafgaand aan de ingangsdatum van het rustpensioen als werknemer of van een in het vorige lid bedoeld rustpensioen of als zodanig geldend voordeel verworven op basis van de eigen activiteit.) <KB 1997-07-09/32, art. 11, 034; Inwerkingtreding : 01-07-1997>

Art. 79. <KB 12-05-1975, art. 5> Voor de toekenning van het rustpensioen beoogd in artikel 76, wordt eveneens rekening gehouden met de perioden waarvoor bijdragen gestort werden overeenkomstig artikel 8 voor dat het opgeheven werd of overeenkomstig de vroegere bepalingen ter zake.
Het bedrag van het loon dat voor de berekening van het rustpensioen verworven overeenkomstig het eerste lid, in aanmerking wordt genomen is gelijk aan de gedane storting vermenigvuldigd met 7,14.

Art. 80. (opgeheven) <KB 12-05-1975, art. 6>

Art. 81. (opgeheven) <KB 12-05-1975, art. 6>

Art. 82. (opgeheven) <KB 12-05-1975, art. 6>

Groetjes,

Thieu Rutten
pensioendeskundige

Terug naar “Pensioenen”