#3 , 07 jun 2017 20:31
Beste,
Indien men langer dan 29 dagen in het buitenland verblijft, behoudens de voormelde uitzonderingen, wordt vanaf de maand tijdens welke de 29 dagen worden overschreden de IGO geschorst voor alle daaropvolgende maanden waarin betrokkene minstens 1 dag in het buitenland verbleef.
De gerechtigde die België verlaat is verplicht voorafgaandelijk de FPD in te lichten. De gerechtigde die nalaat voorafgaandelijk de FPD te verwittigen en die bij een controle niet op het grondgebied blijkt aanwezig te zijn wordt vermoed dat hij niet daadwerkelijk en bestendig in België verbleef. De bewijslast voor het tegendeel berust bij de gerechtigde. Indien de gerechtigde dit bewijs niet kan leveren worden de uitkeringen voor de volledige duur van verblijf in het buitenland teruggevorderd.
De controle gebeurt elke maand op basis van een steekproef door aan gerechtigden een verblijfsbewijs toe te sturen.
Deze controle wordt niet toegepast op personen:
● wonend in een rust- of verzorgingsinstelling, psychiatrische instelling of
● personen van 80 jaar of ouder
De gerechtigde biedt zich binnen een termijn van 21 dagen na verzending van het verblijfsbewijs aan op het gemeentebestuur van zijn hoofdverblijfplaats. Op vertoon van zijn identiteitskaart zal de bevoegde ambtenaar van het gemeentebestuur op het verblijfsbewijs zijn aanwezigheid op het Belgisch grondgebied bevestigen.
De gerechtigde die langer dan 29 dagen in het buitenland verbleef levert voormeld bewijs van zijn terugkeer door zich spontaan op het gemeentebestuur van zijn hoofdverblijfplaats aan te bieden.
Groetjes,
Thieu Rutten
pensioendeskundige