Pagina 1 van 2

Omgangsrecht grootmoeder. Hoe tegengaan?

Geplaatst: 30 dec 2009 17:55
door Sjarel
Toen mijn vriendin 18j was werd ze door haar moeder voor de vrederechter gedaagd omdat ze geld (wat mijn vriendin toekwam, niet haar moeder) niet wou geven. Bij het voorkomen bij de vrederechter kon de vrederechter geen oplossing voorstellen en heeft de moeder gevraagd om mijn vriendin uit het huis te zetten. De vrederechter heeft dit dan natuurlijk wel moeten doen aangezien mijn vriendin toen wel meerderjarig was. Sindsdien heeft ze helemaal geen enkel contact meer met haar moeder.

Nu, 6 jaar later, zijn wij in verwachting en zouden wij graag weten of het mogelijk is om tegen te gaan dat haar moeder omgangsrecht zou vragen voor ons kind? Want dat willen we absoluut niet laten gebeuren.

Alle advies is welkom!

Geplaatst: 31 dec 2009 12:52
door 3399AAaa
grootouders zijn principieel omgangsgerechtigd, tenzij veroordeeld zijn voor strafbare feiten

Geplaatst: 01 jan 2010 02:58
door Sjarel
Waarmee je wil zeggen dat wij hier helemaal niets aan kunnen doen? Of begrijp ik het verkeerd? En wat zijn dan de kansen dat een rechter het omgangsrecht effectief toekent in dit soort situaties? Enig idee/voorbeelden?

Er is nu helemaal geen aanwijzing dat de grootmoeder haar omgangsrecht zou opeisen, ze weet niet eens dat wij nu zwanger zijn maar je weet maar nooit of ze daar ooit achter komt en dan ook nog omgangsrecht zou eisen.

Maar als een rechter het omgangsrecht zomaar zou toekennen omdat het de grootmoeder is, ongeacht de familie-situatie, terwijl mijn vriendin al 6 jaar geen contact meer heeft met haar moeder (weldegelijk geen enkel contact meer, ze weet ons misschien zelfs niet wonen nu, geen idee van). Dan zou het toch wel erg grof zijn als een rechter plots omgangsrecht gaat geven aan een, voor ons, "vreemd" persoon.

Geplaatst: 01 jan 2010 08:00
door chrisd
grootouders zijn principieel omgangsgerechtigd, tenzij veroordeeld zijn voor strafbare feiten
In welk wetsartikel is dat geregeld??

Geplaatst: 01 jan 2010 08:58
door 3399AAaa
grootouders zijn principieel omgangsgerechtigd, tenzij veroordeeld zijn voor strafbare feiten
In welk wetsartikel is dat geregeld??
Artikel 375bis (burgerlijk wetboek)
De grootouders hebben het recht persoonlijk contact met het kind te onderhouden. Datzelfde recht kan aan ieder ander persoon worden toegekend, indien hij aantoont dat hij met het kind een bijzondere affectieve band heeft.
Bij gebreke van een overeenkomst tussen de partijen, wordt over de uitoefening van dat recht in het belang van het kind op verzoek van de partijen of van de procureur des Konings beslist door de jeugdrechtbank.

Geplaatst: 01 jan 2010 09:03
door 3399AAaa
ik weet dat grootouders inderdaad dwangmaatregelen kunnen laten toepassen. (artikel 387ter Burg wetboek)

Maar panikeer aub niet te vlug. Ik heb daar zelf geen praktische ervaring mee, en misschien zijn er mensen op dit forum die dat wel hebben en die goed weten hoe dat kan opgelost worden.

Heb een beetje geduld (met de feestdagen) en wellicht zal iemand u daar wel een nader antwoord kunnen op bieden.

Criterium in de praktijk = "belang van het kind", ook al geldt art 375bis

Geplaatst: 01 jan 2010 09:26
door chrisd
ik weet dat grootouders inderdaad dwangmaatregelen kunnen laten toepassen. (artikel 387ter Burg wetboek).
Wat is eigenlijk het idee daar achter?

Gaat het hier b.v. om het recht van familieleden (grootouder(s) gezamenlijk of apart?) om door andere familieleden desgewenst te woord te worden gestaan, teneinde te kunnen opkomen voor het eigen belang bij de familie??

Mag de grootouder zelf bepalen hoe zich te gedragen?

Heb zelf een probleem met een zwager, die mij weigert te ontvangen, nu ikzelf vind, dat mijn vrouw, binnen de familie, niet opgewassen is tegen zwager, die zich ook buiten de familie veel bedient van dit soort manipulaties en daar dus ook goed in thuis is.
TS zal ook beducht zijn voor manipulatie binnen de familie??

En is dat idee wettelijk geregeld; in feite: bestaat er een omgangsrecht tussen familieleden. En zo nee, waarom niet, nu familie-leden ten opzichte van elkaar ook plichten hebben???

Geplaatst: 01 jan 2010 18:22
door j.demoor
“Art.375bis.De grootouders hebben het recht persoonlijk contact met het kind te onderhouden....Bij gebreke van een overeenkomst tussen de partijen, wordt over de uitoefening van dat recht in het belang van het kind op verzoek van de partijen of van de procureur des Konings beslist door de jeugdrechtbank.”(Burgerlijk Wetboek).

Geplaatst: 01 jan 2010 21:00
door roderidder
Artikel 8 IVRK (van kracht sinds 15/01/'92)
Wanneer een land een verdrag bekrachtigt, betekent dit dat het hierdoor gebonden is en stappen moet ondernemen om de bepalingen toe te passen. Om de naleving van het kinderrechtenverdrag te verzekeren

1. De Staten die partij zijn, verbinden zich tot eerbiediging van het recht van het kind zijn of haar identiteit te behouden, met inbegrip van nationaliteit, naam en familiebetrekkingen zoals wettelijk erkend, zonder onrechtmatige inmenging.

2. Wanneer een kind op niet rechtmatige wijze wordt beroofd van enige of alle bestanddelen van zijn of haar identiteit, verlenen de Staten die partij zijn passende bijstand en bescherming, teneinde zijn identiteit zo snel mogelijk te herstellen.

RR

Re: Omgangsrecht grootmoeder. Hoe tegengaan?

Geplaatst: 02 jan 2010 05:55
door chrisd
Alle advies is welkom!
Zie ook deze diskussie op rechtenforum.nl.

Geplaatst: 02 jan 2010 06:05
door chrisd
familiebetrekkingen zoals wettelijk erkend
Je bedoelt blijkbaar, dat de gevoelens van de vriendin er niet toe doen, zoals hierboven een paar keer aangegeven, althans niet allesbepalend zijn, maar wat is de betekenis van het besluit van de vrederechter?

Geplaatst: 02 jan 2010 12:38
door roderidder
De gevoelens van de moeder doen normaliter id. geen afbreuk aan het recht van het kind om zijn familiebetrekkingen met zijn grootouders te mogen beleven.

Als de grootmoeder/grootvader naar de rechtbank stapt dan lijkt het mij normaal dat er een omgangsregeling uitgesproken wordt.

Het feit dat één of zelfs 2 grootouders zouden veroordeeld zijn doet er meestal niet toe. Voorzichtiger is men als men misdrijven heeft gepleegd met het kind direct als slachtoffer, vb. een breuk heeft geslagen. Als voorbeeld: Zo zou een mafiabaas zijn kleinkind in de cel kunnen zien. Dat wordt niet altijd, maar meestal toegestaan.

Stel een moeder raakte slaags met de maitresse van haar man en werd veroordeeld voor slagen en verwondingen. Welke rechter zal kind-ouder of kind-grootouder daarom gaan scheiden?

Nog dit: niet zelden is het ook niet eenvoudig. Wat moet je als de grootouder om het kleinkind komt en de ouder met de riek (een spade, maar met scherpe tanden) dreigt te steken?

RR

Geplaatst: 05 jan 2010 17:31
door 3399AAaa
let wel dat dat artikel van het ivrk geen rechtstreekse werking heeft; het grondwettelijk hof hanteert het wel als intepretatieinstrument, maar direct aan de hand van dat verdrag afdwingen...?

Geplaatst: 01 feb 2010 12:15
door 3399AAaa
Soms heeft het verhaal ook een andere kant. Bron De Standaard van 1 februari 2010:

Kleinkinderen tussen twee vuren
vrijdag 29 januari 2010 Auteur: Veerle Beel
Kleinkinderen tussen twee vuren

"ANTWERPEN - Tweemaal in de maand mag Denise haar kleinkinderen zien in een neutrale bezoekruimte. Haar ex-schoondochter wil dat liever niet. ‘In het begin draaiden ze gewoon hun rug naar me toe. Ik besef heus wel dat het voor die kinderen ook heel moeilijk is.'

Van onze redactrice

Almaar meer grootouders stappen naar de rechter om omgangsrecht te vragen voor kleinkinderen. Omdat ze die na de scheiding van hun eigen kinderen soms niet meer zien. Veelal gaat het om grootouders van vaders kant. Zoals Denise, die voor de lieve vrede anoniem wil blijven en een schuilnaam gebruikt. Het verloopt zo al moeilijk genoeg.
‘Ik ben de enige band die die twee kinderen nog hebben met deze kant van de familie, en ik wil die niet op het spel zetten. Want hun vader zien ze ook niet meer.'

Onlangs heeft de rechter de beide partijen weer gehoord, en besloten dat de bezoeken in de neutrale ruimte van Het Huis (zie hiernaast) nog een tijdlang worden voortgezet. En in mei komt haar zaak opnieuw voor. Denise heeft er geen idee van hoe lang dat zo zal blijven aanslepen. ‘Ik ben al lang blij dat ik ze tot die tijd weer kan zien.'

Vijf kleinkinderen heeft ze: twee van haar dochter, twee uit het eerste huwelijk van haar zoon en eentje uit diens tweede huwelijk. Foto's van al die kinderen vullen een muur in haar appartement. Drie van de kleinkinderen ziet ze geregeld.

Met Lukas (13) en Merel (9) heeft ze meer dan vier jaar lang geen enkel contact gehad. Ook haar zoon ziet zijn twee oudste kinderen niet meer. Sterker zelfs, hij liet via de notaris aan zijn ex-vrouw weten dat hij geen omgangsrecht meer wenste. Denise vindt dat hij daar in de fout ging, maar probeert begrip op te brengen voor zijn beslissing: ‘De kinderen werden ziek van het getouwtrek tussen hun ouders. Mijn zoon kon het niet langer aanzien. Hij heeft toen een drastische beslissing genomen, waar hij nu al weer spijt van heeft. Ik woonde toen in het buitenland en het heeft een tijd geduurd voor ik besefte wat er gebeurd was.'

‘Brieven die ik vervolgens naar mijn ex-schoondochter stuurde, bleven onbeantwoord. Je wacht, je schrijft nog eens een brief, en ten slotte een brief per aangetekende zending. Weer niets. Maar ondertussen verstrijkt de tijd wel en wordt de hele familie gestraft: ook mijn dochter en haar kinderen hebben geen enkel contact met Lukas en Merel meer. Het is een breuk die ons allemaal treft en waar ik alles zou voor doen om ze ongedaan te maken.'

Toen Denise via het Justitiehuis de hulp van een advocaat inriep, bleek het al bijna te laat: ‘De jeugdrechter had aan vijf minuten genoeg om te besluiten dat ik geen omgangsrecht kreeg. Ik kreeg zelfs niet de ruimte om iets te zeggen. Mijn advocaat zei dat de kans klein was dat ik het in beroep zou halen. Maar ik wilde niet opgeven. Ik ben naar het hof van beroep gestapt. Ik zou zelfs naar Straatsburg gaan als het moest!'

‘Die rechter heeft wél naar mijn verhaal geluisterd. Mijn zoon en mijn ex-schoondochter werden ook allebei verhoord. Ieder van ons heeft kunnen vertellen wat er ons op het hart lag. Ik heb kunnen uitleggen welke moeite ik mij al eerder getroost had, en het resultaat is dat ik sinds dit voorjaar omgangsrecht heb in de neutrale bezoekruimte van Het Huis.'

Om de twee weken staat Denise 's zaterdags extra vroeg op. Ze neemt de bus, en daarna de tram, tot bij Het Huis, waar Lukas en Merel om negen uur worden gebracht door hun moeder. De twee volwassenen hebben geen contact met elkaar. De begeleiders dienen als buffer. Vorige zaterdag moest ze hen zien zoals afgesproken, maar de kinderen daagden niet op. Ziek. Dan neemt Denise de tram en de bus terug naar huis. Prettig is anders, maar ze klaagt niet.

‘Ik weet dat die kinderen liever niet komen. Zij zitten tussen twee vuren. Ze zijn in een situatie beland waar ze per slot zelf geen schuld aan hebben, en ik ook niet. De eerste drie keer draaiden ze hun rug naar me toe als ik ze aansprak. O nee, ik neem hen dat niet kwalijk. Voor hen is dat echt niet gemakkelijk. Ik weet dat ze loyaal zijn aan hun moeder, en dat ik, als moeder van hun vader, tot de slechte kant van de familie behoor. Als ik hen een cadeautje geef, schrikken ze. Ik zie dat ze een seconde lang blij zijn, maar meteen daarna denken ze al: wat zal mama zeggen?'

‘De begeleiders van Het Huis vangen dat heel goed op: elk kind krijgt er een doos, om cadeaus in te bewaren. Dan hoeven ze die niet mee te nemen naar huis. Maar het betekent ook dat ik ze geen chocolade mag geven voor Sinterklaas of voor Pasen, zoals ik met de andere kleinkinderen doe. Eén keer heb ik een paashaas voor ze meegebracht, maar die hebben ze hier gewoon laten staan. Een appel of een peer eten ze wel als die van de begeleiders komt. Maar als ik een stuk fruit meebreng, moeten ze het niet.'

‘Knuffelen mag ik ze ook niet. Ik probeer het luchtig te houden en geef Lukas ter begroeting een high five. Hij komt wel eens in de zetel naast me zitten met een boek, maar hij houdt altijd afstand. Met Merel, die jonger is, gaat het iets vlotter. Toch is het bij elk bezoek van nul herbeginnen. Het begin verloopt altijd weer stroef. Aan het eind, als hun mama hen komt ophalen, verkrampen ze ook weer. Tussendoor durven ze wel eens te vergeten hoe moeilijk het allemaal ligt, en beleven we fijne momenten: ik vertel een verhaaltje aan Merel, of we spelen samen een gezelschapsspel.'

‘De begeleiders zeggen dat ik nog te veel op de toppen van mijn tenen loop. Dat het er niet spontaan aan toegaat. Maar het is ook voor mij niet gemakkelijk. Waarover kan ik met die kinderen spreken? Ik maak geen deel uit van hun leven, en als ik te veel vragen stel, worden ze ongerust. Dat vermijd ik, want ik wil het hen niet moeilijker maken dan nodig. Laatst vertelden ze aan een van de begeleiders dat ze op vakantie gingen naar de Ardennen. Ik vraag daar zelf niet naar, maar ik ben dan wel blij dat ik kan zeggen: amuseer je goed, op die vakantie.'

‘Het is misschien niet veel, wat we samen hebben, maar het is belangrijk dat we dit nog hebben. Ik wil laten zien dat ik om hen geef, dat ze ook aan deze kant van de familie geapprecieerd worden.'

‘Mijn zoon dacht goed te doen door elk contact los te laten, en ging er vanuit dat de kinderen zelf contact zouden nemen als ze groter zijn. Maar zo werkt dat natuurlijk niet. Hij ziet dat nu gelukkig ook in. Het is een fout die hij niet op een-twee-drie kan rechttrekken. Hij moet er zelf stappen voor doen en een vraag indienen bij de rechtbank.'

De vrouw op de foto is niet Denise, maar wel Rita Hey, initiatiefneemster van Het Huis, in de speelruimte waar (groot)ouders en (klein)kinderen elkaar op neutraal terrein ontmoeten."

Geplaatst: 01 feb 2010 13:05
door Lex
Het bestaan van een bloedband tussen grootouder en kind volstaat om aanspraak te maken op een recht op persoonlijk contact. Een vooraf bestaande genegenheidsband is niet nodig, maar het recht op persoonlijk contact mag niet indruisen tegen het belang van de kinderen.(Rb. Gent 7 februari 2005, NjW 2006, afl. 136, 125, noot VERSCHELDEN, G.)

De toewijzing van een bezoekrecht aan de grootouders moet van geval tot geval beoordeeld worden en alleen in functie van het belang van het kind.
Een kind kan niet gebruikt worden om de familiale strubbelingen te verdoezelen waarvoor het niet verantwoordelijk kan zijn en waarbij het gevaar loopt als inzet te worden beschouwd.( Rb. Brussel 25 maart 1992, Rev. trim. dr. fam. 1992, 138.)